Luchtafvoerleiding
Gelijktijdig gebruik van de werk-
bladafzuiging en een apparaat dat
lucht in diezelfde ruimte verbruikt kan
gevaarlijk zijn! Er kunnen giftige gas-
sen vrijkomen!
Neem beslist de veiligheidsinstruc-
ties en waarschuwingen in het gelijk-
namige hoofdstuk in acht.
Laat in ieder geval door een vakman
controleren of een veilig gebruik van
de luchtafvoer gewaarborgd is.
De werkbladafzuiging heeft een luchtaf-
voeraansluiting van 222 x 89 mm.
Voor de luchtafvoerleiding mogen al-
leen gladde leidingen of flexibele
slangen van niet-brandbaar materiaal
worden gebruikt.
Voor een zo groot mogelijke afzuigca-
paciteit en een zo laag mogelijk ge-
luidsniveau moeten de volgende pun-
ten in acht worden genomen:
- De diameter van de luchtafvoerlei-
ding mag niet kleiner zijn dan die van
de luchtafvoertuit (zie de afmetingen).
- De luchtafvoerleiding moet zo kort en
recht mogelijk zijn.
- Alleen bochten met een grote straal
zijn toegestaan.
- Er mogen geen knikken in de luchtaf-
voerleiding komen en deze mag niet
in elkaar worden gedrukt.
- De verbindingspunten moeten stevig
zijn en mogen niet lekken.
Ieder obstakel in de luchtstroom ver-
mindert het luchtverplaatsingsvermo-
gen en verhoogt het geluidsniveau.
Moet de lucht door een schoorsteen
worden afgevoerd, dan moet de in-
voerbuis in stromingsrichting worden
geplaatst.
Als de luchtafvoer horizontaal wordt
gelegd, moet er sprake zijn van een
zeker verval. Daarmee wordt voorko-
men dat er condenswater in de af-
zuiging kan lopen.
Als de luchtafvoerleiding door koele
ruimtes, zolders, etc. loopt, kunnen er
in de afzonderlijke ruimtes aanzien-
lijke temperatuurverschillen optreden.
Hierdoor kan condenswater ontstaan.
De luchtafvoerleiding moet dan wor-
den geïsoleerd.
Installatie
73