f) Code voor stil alarm (bij bedreiging)
Als u bijvoorbeeld door iemand gedwongen wordt de code in te voeren, kunt u door de invoer
van een speciale code een stil alarm activeren.
Door het invoeren van de code wordt uitgang 1 normaal geactiveerd (en daarmee de aan-
gesloten deuropener geactiveerd). Tegelijkertijd wordt echter ook de uitgang "DU OUT" van
het codeslot geactiveerd, waarmee een aangesloten alarminstallatie een stil alarm zou kunnen
activeren (bijvoorbeeld via een aangesloten telefoonkiezer met een spraak- of alarmmelding).
Deze functie wordt niet door andere instellingen beïnvloed en is altijd actief.
U kunt maximaal 10 verschillende bedreigingscodes opslaan.
Bedreigingscode opslaan:
• Het codeslot dient zich in de programmeermodus te bevinden (zie hoofdstuk 12a).
• Voer de programmeercode
• Voer een van de 10 beschikbare geheugennummers in (
• Voer de gewenste 4- tot 8-cijferige bedreigingscode in, bijv.
Belangrijk!
Als u de "Auto-Entry"-functie inschakelt (zie hoofdstuk 12. m), dienen alle codes even
lang te zijn (bijv. mastercode + supergebruikerscode + gebruikerscodes + bezoekers-
codes + bedreigingscode 5 cijfers).
• Bevestig de invoer met de toets
"MAINS" knippert 2 keer kort. De bedreigingscode is opgeslagen.
Programmeervoorbeeld:
(a)
(b)
(a) Programmeercode voor stil alarm (bij bedreiging)
(b) Geheugennummer 1 (mogelijk is: 0 - 9)
(c) Bedreigingscode "7878"
(d) Programmering opslaan (codeslot laat twee pieptonen horen en de LED "MAINS" knippert
2 keer kort)
in.
. Het codeslot laat twee pieptonen horen en de LED
(c)
(d)
.....
).
.
31