FOTO menu
Onderdeel
BEELDKWALITEIT
(vervolg)
(vervolgd op volgende pagina)
58
GAMMA (vervolg)
Een modus selecteren waarvan de name AANGEPAST bevat en dan op de
► knop of de ENTER knop drukken, geeft een dialoog weer die u helpt bij
het instellen van de modus. Deze functie is nuttig wanneer u de helderheid
van bepaalde tonen wenst te veranderen. Kies een onderdeel met behulp
van de ◄/► knoppen en pas het niveau aan met behulp van de ▲/▼
knoppen.
• Strepen of andere storingen kunnen op het scherm verschijnen wanneer
deze functie wordt gebruikt, maar dit duidt niet op een defect.
KLEURTEMP.
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer GEBRUIKER-1 /
GEBRUIKER-2 / GEBRUIKER-3 is geselecteerd.
Met de ▲/▼ knoppen wordt de kleurtemperatuurmodus
omgeschakeld.
HOOG AANGEPAST-1 MIDDEN-1 AANGEPAST-2
AANGEPAST-7
HOOG HELDER-3
AANGEPAST-6
HOOG HELDER-2 AANGEPAST-5 HOOG HELDER-1 AANGEPAST-4
Een modus selecteren waarvan de namen AANGEPAST bevatten
en vervolgens op de ► knop of de ENTER knop drukken, geeft een
dialoog weer om u te helpen bij het aanpassen van de AFWIJKING
en VERSTERKING van de geselecteerde modus.
AFWIJKING aanpassingen veranderen de kleurintensiteit van alle
tonen. VERSTERKING aanpassingen beïnvloeden voornamelijk de
kleurintensiteit van de heldere tonen.
Kies een onderdeel met behulp van de ◄/► knoppen en pas het
niveau aan met behulp van de ▲/▼ knoppen.
• Strepen of andere storingen kunnen op het scherm verschijnen
wanneer deze functie wordt gebruikt, maar dit duidt niet op een
defect.
Beschrijving
MIDDEN-2
AANGEPAST-3
LAAG