D - INGEBRUIKNAME
OPGELET: als de instelling van de versnelling
wordt gewijzigd, is het absoluut noodzakelijk de
automatische herkenning opnieuw te starten.
3.2.2. Modus fotocellen
De fotocellen zijn actief tijdens de sluiting van de
vleugels omdat ze tussen de zuilen (paar 1) zijn
geplaatst om de doorgang tussen de vleugels te
beschermen.
De installatie van een tweede set fotocellen is
nuttig om de bewegingszone van de poort, zowel
tijdens het sluiten als tijdens het openen, volledig te
beschermen:
RX1
RX2
Binnenzijde van het eigendom
bovenaanzicht
In een dergelijk geval moet het systeem dus
controleren of de infraroodbundel niet wordt
onderbroken voordat het openen van de vleugels
van start gaat. Standaard worden de fotocellen
echter niet getest tijdens de sluiting.
Om de fotocellen aan het begin van de opening
in of uit te schakelen, volgt u de onderstaande
procedure.
• Druk 3 seconden op PROG, L0 knippert 1 keer en
L1 gaat branden.
• Druk 3 seconden op PROG, L0 knippert 2 keer.
• Druk 1 keer op "+", L2 gaat branden in plaats van
L1.
• Druk op OK.
• Als L1 uit is = de fotocellen zijn inactief aan het
begin van de opening. Druk op "+" om ze te
activeren en druk vervolgens op OK om te
valideren. Alle leds gaan aan en weer uit om de
operatie te bevestigen.
NL
44
TX1
paar 1
paar 2
TX2
• Als L1 aan is = de fotocellen zijn actief aan het
begin van de opening. Druk op "– " om ze te
deactiveren en druk vervolgens op OK om te
valideren. Alle leds gaan aan en weer uit om de
operatie te bevestigen.
3.2.3. Poorttype
Om de elektronische kaart e doen werken op een
poort met één vleugel, moet deze instelling worden
gewijzigd. Deze waarde wordt standaard ingesteld
op 0 (modus poort met 2 vleugels).
De motoruitgang die overigens actief blijft in de
deurmodus, is M1 (niet verwarren met de functie
voetgangersdoorgang).
Om deze functie in of uit te schakelen, volgt u
de onderstaande procedure.
• Druk 3 seconden op PROG, L0 knippert 1 keer en
L1 gaat branden.
• Druk 3 seconden op PROG, L0 knippert 2 keer.
• Druk 2 keer op "+", L3 gaat branden in plaats van
L1.
• Druk op OK.
• Als L1 uit is = de poortmodus is geactiveerd,
drukt u op "+" om de deurmodus te activeren en
vervolgens op OK om te valideren. Alle leds gaan
aan en weer uit om de operatie te bevestigen.
• Als L1 aan is = de deurmodus is geactiveerd,
drukt u op "–" om de deurmodus te activeren en
vervolgens op OK om te valideren. Alle leds gaan
aan en weer uit om de operatie te bevestigen.
Het automatisch aanleren is nodig als deze
regeling wordt gewijzigd.
3.2.4. Tolerantie aanslag
Tijdens het automatisch aanleren, leert het systeem
het traject van elke vleugel om bij het stoppen van
een vleugel te weten of het gaat om de aanslag of
een obstakel. Als er immers tijdens de beweging
bij de vleugel meer dan een bepaald percentage
overblijft van het af te leggen traject, maar de vleugel
zich begint te forceren, beschouwt het systeem dit
als het uitoefenen van kracht tegen een obstakel.
In het geval waarbij de vleugel zich forceert terwijl