Indicator accucapaciteit
De accucapaciteit kan worden gecontroleerd door op de aan/uit-knop van de accu te drukken.
Indicator accucapaciteit*1
Als de resterende accucapaciteit laag is, worden systeemfuncties uitgeschakeld in de onderstaande volgorde.
1. Bekrachtiging (Bekrachtigingsmodus schakelt automatisch naar [ECO] en de bekrachtiging wordt vervolgens
uitgeschakeld. De overgang naar [ECO] vindt eerder plaats als er een acculamp is aangesloten.)
2. Schakelen
3. Licht
De accu hanteren en opladen
Opladen kan op ieder willekeurig moment plaatsvinden, ongeacht de lading van de accu. Op de volgende momenten moet u de
accu echter volledig opladen. Gebruik op deze momenten de speciale lader.
• Bij aankoop is de accu niet volledig opgeladen. Laad de accu eerst volledig op voordat u gaat fietsen.
Laad de accu zo snel mogelijk op als deze volledig leeg is geraakt. Als u de accu niet oplaadt, zal deze verslechteren.
• Als de fiets gedurende langere tijd niet gebruikt wordt, bergt u deze op met een resterende accucapaciteit van ongeveer 70%.
Zorg er bovendien voor dat de accu niet volledig leeg raakt door deze iedere 6 maanden op te laden.
Accucapaciteit
100 - 81%
80 - 61%
60 - 41%
40 - 21%
(als de accu niet op de fiets is gemonteerd)
0%, Uitschakelen
(Als de accu op de fiets is gemonteerd)
*1
: Brandt niet
NOTITIE
19
20 - 1%
0%
: Brandt
: Knippert