Tips voor bediening en
gebruik
GEVAAR
Als de machine in bedrijf is, draaien de rotor
en de boor en kunnen ze handen en voeten
verwonden of amputeren.
• Voordat u de machine afstelt, reinigt,
controleert, herstelt of een probleem
oplost, moet u de motor uitschakelen en
wachten tot alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen. Koppel de
bougiekabel af en hou deze uit de buurt van
de bougie om te voorkomen dat iemand
per ongeluk de motor start.
• Verwijder een obstructie uit het
uitwerpkanaal; zie
uitwerpkanaal vrijmaken. (bladz.
Gebruik het werktuig om sneeuw te
verwijderen
(Figuur
om een obstructie te verwijderen uit het
uitwerpkanaal.
• Loop achter de handgrepen en blijf uit
de buurt van de uitwerpopening als u de
machine gebruikt.
• Houd uw gezicht, handen, voeten en alle
andere lichaamsdelen of kledingstukken
uit de buurt van weggestopte, bewegende
of draaiende onderdelen.
WAARSCHUWING
De rotor kan stenen, speelgoed en andere
vreemde voorwerpen uitwerpen en u of
omstanders ernstig letsel toebrengen.
• Hou het terrein waar u sneeuw wilt ruimen
vrij van alle voorwerpen die door de boor
kunnen worden gegrepen en uitgeworpen.
• Hou kinderen en huisdieren weg uit het
werkgebied.
•
Stel de gashendel altijd in op S
sneeuwruimt.
•
Als het toerental verlaagt ten gevolge van de
belasting of als een wiel slipt, schakel de machine
dan in een lagere versnelling.
•
Als de voorkant van de machine omhoog trekt,
schakelt u de machine in een lagere versnelling.
Een verstopt
17).
14), niet uw handen,
als u
NEL
Als de voorkant nog altijd omhoog trekt, til de
handgrepen dan omhoog.
Na gebruik
Veiligheid na het werk
Algemene veiligheid
•
Stal een machine die nog brandstof in de tank heeft
nooit in een ruimte met vuurhaarden zoals boilers,
verwarmingstoestellen of wasdroogmachines.
Laat de motor afkoelen voordat u de machine in
een afgesloten ruimte stalt.
•
Wanneer u de machine voor langer dan 30 dagen
stalt, raadpleeg dan
(bladz. 26)
voor belangrijke informatie.
•
Laat de machine na het sneeuwruimen nog enkele
minuten lopen om te voorkomen dat de opvanger
en de rotor na gebruik bevriezen.
Bevriezing na gebruik
voorkomen
•
Bij sneeuwval en koude temperaturen kunnen
sommige bedieningselementen en bewegende
onderdelen bevriezen. Gebruik niet te veel kracht
als u bevroren bedieningselementen probeert
te gebruiken. Als een bedieningselement of
onderdeel moeilijk te gebruiken is, start dan de
motor en laat deze enkele minuten draaien.
•
Laat de motor nog enkele minuten draaien nadat
u de machine gebruikt hebt. Zo voorkomt u dat
bewegende onderdelen bevriezen. Schakel de
boor/rotor in om achtergebleven sneeuw uit de
behuizing te verwijderen. Draai de Quick Stick om
te vermijden dat deze bevriest. Schakel de motor
uit, wacht tot alle bewegende delen stilstaan en
verwijder ijs en sneeuw van de machine.
•
Terwijl de motor uitgeschakeld is, trekt u
meermaals aan de handstarter en drukt u eenmaal
op de elektrische startknop. Zo voorkomt u dat de
handstarter en de elektrische starter bevriezen.
18
Veiligheid tijdens opslag