– De kranen van beide gasflessen (1) openen.
– De statusdisplay (12) wisselt naar groen.
– Als de resetknop (6) niet ingedrukt is (stand „niet gebruiks-
klaar"), de resetknop (6) resetten.
Omschakelen
Daalt de druk in de in gebruik zijnde fles onder de 0,4 bar, dan
schakelt de DuoControl automatisch om naar gasafname uit
de tweede gasfles. De statusmelding wisselt naar rood.
Bij grote kou en bij een hoog gasverbruik gedurende een
langere periode kan de gasdruk onder de 0,4 bar dalen,
hoewel er zich nog een restant gas in de gebruik zijnde fles
bevindt. Daardoor kan het voorkomen dat er gas uit beide
gasflessen tegelijkertijd wordt afgenomen.
Desgewenst kan er met de draaiknop (11) handmatig worden
bepaald welke gasfles in gebruik en welke de reservefles is.
Draai de draaiknop (11) altijd tot de aanslag naar links of
rechts (de middenstand betekent een gelijktijdige afname uit
beide gasflessen). Wij adviseren de installatie niet te gebrui-
ken als de draaiknop in de middenstand staat.
Afnamestatus
Bij de basisinstelling (in gebruik zijnde fles links, reservefles
rechts) laat de display het volgende zien:
– Statusmelding (12) is groen = gasafname uit de linker fles
(fles in gebruik).
– Statusmelding (12) is rood = gasafname uit de rechter fles
(reservefles), controleer de aansluiting met de linker fles en
controleer het vulpeil.
Vervangen gasfles
Gebruik voor het aan- en afschroeven van de hogedrukslan-
gen (4) het bijgeleverde schroefhulpmiddel (9). Dit waarborgt
het noodzakelijke aanhaalmoment en voorkomt beschadigin-
gen van de schroefkoppeling door verkeerd gereedschap.
Gasrestanten: niet roken, geen open vuur!
– Sluit kraan (1) van de lege gasfles (2).
– Schroef de hogedrukslang (3) van de gasfles (2) af of, indien
voorhanden, verwijder de adapter.
– Schroef de hogedrukslang (3) aan de volle gasfles of indien
voorhanden druk de adapter erop. Vervang het filterpad van
het gasfilter.
– Open kraan (1) van de volle gasfles.
Controleer de slangaansluiting op de kraan van de gas-
fles na elke verandering op lekkage (zie „Controle lekk-
age van het hogedrukgedeelte").
5