Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Elektrische Extra Verwarming Vrijgeven; Legionellabescherming Instellen; Installateurniveau Oproepen; Configuratie Controleren - Saunier Duval HA 6 O Series Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

8.6

Elektrische extra verwarming vrijgeven

De regeling van de elektrische hulpverwarming volgt auto-
matisch en afhankelijk van de behoefte. Stel hier aan het be-
dieningsveld van de binnenunit het maximumvermogen van
de elektrische hulpverwarming in.
In de systeemthermostaat kunt u kiezen of de elektrische
extra verwarming moet worden ingezet voor het CV-bedrijf,
het warmwaterbedrijf of voor beide.
Activeer de interne elektrische hulpverwarming met een
van de vermogensniveaus.
Roep de diagnosecode D.358 op en stel het type stroom-
voorziening in:
0 = 230 V, 1 = 400 V
Roep de diagnosecode D.226 op en stel het vermogen
van de elektrische hulpverwarming in:
230 V: 1 - 6 kW, 400 V: 0 = extern, 1 - 9 kW
U kunt de vermogenstrappen van de elektrische hulpver-
warming in de tabellen in de bijlage terugvinden.
Hulpverwarming 5,4 kW bij 230 V (→ Pagina 48)
Hulpverwarming 8,54 kW bij 400 V (→ Pagina 48)
Zorg ervoor dat het maximale vermogen van de elektri-
sche hulpverwarming het vermogen van de zekering van
het elektrische huissysteem niet overschrijdt.
8.7

Legionellabescherming instellen

Stel de legionellabeveiliging via de systeemthermostaat
in.
Voor een voldoende legionellabescherming moet de elektri-
sche hulpverwarming geactiveerd zijn.
Voorwaarde: Interne elektrische hulpverwarming gedeactiveerd of externe
hulpverwarming
De legionellabescherming is binnen het buitentemperatuur-
bereik van -10 °C tot +30 °C zonder hulpverwarming moge-
lijk, buiten dit temperatuurbereik alleen met geactiveerde in-
terne en externe hulpverwarming.
Een externe hulpverwarming moet intrinsiekveilig zijn, d.w.z.
tegen oververhitting zijn beveiligd. Een externe hulpverwar-
ming moet via een scheidingsrelais op het contact X14 wor-
den aangesloten. Op de regelaar van de binnenunit moet on-
der D.359 naar externe hulpverwarming worden omgescha-
keld.
8.8

Installateurniveau oproepen

1.
Druk 7 seconden lang op de toets
De waarde 00 wordt weergegeven.
2.
Stel de waarde 96 (toegangscode) in.
3.
Bevestig met de toets
0020291595_02 Hydraulic Station Installatie- en onderhoudshandleiding
.
.

Aanpassing aan de CV-installatie 9

8.9

Configuratie controleren

Via de diagnosecodes kunt u de belangrijkste installatiepara-
meters nog een keer controleren en instellen.
Om de diagnosecodes te configureren, drukt u 7 seconden
op de toets
. Voer de code 96 in en kies de gewenste
diagnosecode met de toetsen
.
De lijst met diagnosecodes is te vinden in de bijlage.
Diagnosecodes (→ Pagina 45)
8.10

Vuldruk in afgiftecircuit weergeven

Het product beschikt over een druksensor in het CV-circuit
en een digitale drukindicatie.
U kunt de druk direct in de bedrijfsweergave aflezen.
8.11

Functie en dichtheid controleren

Voor u het product aan de gebruiker overhandigt:
Controleer de CV-installatie (warmteopwekker en instal-
latie) en de warmwaterleidingen op dichtheid.
Controleer of de afvoerleidingen van de ontluchtingsaan-
sluitingen correct geïnstalleerd zijn.
8.11.1 CV-functie controleren
Start het testprogramma P.04.
8.11.2 Warmwaterbereiding controleren
Controleer, of de boiler wordt ontlucht en de warmwater-
temperatuur wordt bereikt.
8.12

Systeemregelaar in gebruik nemen

Volgende werkzaamheden voor de ingebruikneming van het
systeem werden uitgevoerd:
De montage en elektrische installatie van de systeem-
thermostaat en van de buitentemperatuursensor is afge-
sloten.
De ingebruikneming van alle systeemcomponenten (be-
halve systeemthermostaat) is afgesloten.
Volg de installatieassistent en de gebruikers- en installatie-
handleiding van de systeemthermostaat.
9
Aanpassing aan de CV-installatie
9.1

CV-installatie configureren

Om de door de warmtepomp gegenereerde waterdoorstro-
ming aan de betreffende installatie aan te passen, kan de
maximaal beschikbare restopvoerhoogte van de warmte-
pomp in de CV- en koelfunctie worden ingesteld en ook het
vermogen van de afgiftepomp voor verwarmen, koelen en
warm water.
Omdat de warmtepompinstallatie in automatisch bedrijf de
afgiftepomp op de nominale doorstroming regelt, stelt u deze
parameter alleen indien nodig is.
Om deze twee parameters op te roepen, drukt u 7 seconden
op de toets
en kies u aansluitend code 96.
Met de code D.131 kan de beschikbare restopvoerhoogte in
CV- en koelfunctie in mbar worden ingesteld.
en
links van de toets
27

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

He 9-6 wbFw 200-6Few 200-6

Inhoudsopgave