Inhoudsopgave
Advertenties
GEBRUIKERSGIDS
GEBRUIK VAN DE ZONNEREGULATIE SOLAR
UNIT 4
Aan de hand van de hieronder afgebeelde display kan men de werking van het
zonnecircuit en de belasting van de accumulator controleren.
STRUCTUUR VAN HET SCHERM
De onderstaande illustratie bevat alle symbolen die op het scherm kunnen
verschijnen.
COMPENSATIEWAARDE
Naast de effectieve warden van de sonde S1 (zonnesensor) en S2 (serpentine),
duidt de zonneregulator de compensatiewaarde aan, waarbij de hoogte en
de laagste temperatuurwaarden van de sonden in het geheugen opgeslagen
worden. Aan de hand van deze temperatuurwaarden kan het systeem geregeld
worden, terwijl de momentwaarde van de temperatuur weergegeven wordt.
SYSTEEMALARM
De alarmen "onderbreking sonde" en "kortsluiting sonde" worden aan de
hand van symbolen op het scherm weergegeven. Om de alarmen van het
systeem beter te herkennen, knippert de illustratie van de display om de
seconde, tot het moment waarop de fout geëlimineerd wordt en een nieuwe
waarde gevalideerd wordt met de toetsen van de display. Zie het hoofdstuk
"Programmering" van de zonneregulatie voor de interpretatie van de
berichten en de uit te voeren controles.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
LEGENDE
1. Menu «Programmering»
2. Menu "Informatie"
3. Temperatuurverschil
4. Digitaal veld voor de temperaturen of de sondefout
5. Temperatuur van de zonnesensor
6. Symbool voor de RESET-waarden
7. Temperatuur van de accumulator (onderste gedeelte)
8. Circulatiepomp AAN/UIT
9. Uitgang S1, S2 of S3
10. Menu "Manuele modus"
11. Menu "Basisregelingen"
12. Scherm
13. Compensatiewaarde of aan/uit-waarde
14. Temperatuur van de accumulator (bovenste gedeelte) /
Thermostaat bijkomende sonde
15. Thermostaattemperatuur /Evaluatie van de retourtemperatuur
16. Thermostaattimer
17. Temperatuur van de accumulator (centraal gedeelte) / Verhoging
van de retourtemperatuur
18. Symbool van de bevestiging en van de accumulator
19. Fout van het systeem
NL • 6
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
Advertenties
Inhoudsopgave
