Back (Terug)
•
Druk hierop om een niveau terug te gaan in de menustructuur.
•
Druk hierop om het vorige teken te selecteren wanneer u letters cijfers invoert.
a of b (+ of -)
•
Druk op deze toetsen om door de menu's en opties te bladeren.
•
Druk hierop om een letter of cijfer in te voeren of te wijzigen. Houd a of b ingedrukt om sneller te
bladeren. Wanneer u de letter of het cijfer ziet die/dat u wilt, druk dan op OK.
4. Secure (Beveiligd)
Druk hierop om taken die opgeslagen zijn in het geheugen af te drukken wanneer u uw viercijferige
wachtwoord invoert.
5. Go (Ga)
•
Druk hierop om bepaalde foutmeldingen te wissen. Om alle andere fouten te wissen, volgt u de instructies
op het LCD-scherm.
•
Druk hierop om gegevens die in het geheugen van het apparaat overblijven af te drukken.
•
Druk hierop om de weergegeven optie te selecteren. Nadat u een instelling hebt veranderd, keert het
apparaat terug naar de stand Gereed.
6. Error (Fout)-LED
De Error (Fout)-LED knippert wanneer er een foutmelding of een belangrijk statusbericht getoond wordt op
het LCD-scherm.
7. Data-LED
De Data-LED knippert afhankelijk van de machinestatus.
Wanneer de Data-LED brandt, zijn er gegevens aanwezig in het geheugen van het apparaat. Wanneer de
Data-LED knippert, ontvangt of verwerkt het apparaat gegevens.
8. Cancel (Annuleren)
•
Druk hierop om de huidige instelling te annuleren.
•
Druk hierop om een geprogrammeerde afdruktaak te annuleren en uit het geheugen van het apparaat te
wissen. Om meerdere afdruktaken te annuleren, houdt u Cancel (Annuleren) ingedrukt tot [Alles
annuleren] weergegeven wordt op het LCD-scherm.
9.
Aan/uit-knop
•
Schakel het apparaat in door op
•
Schakel het apparaat uit door
te drukken.
ingedrukt te houden.
10