Inhoudsopgave
Advertenties
Opnamen
Probleem
De camera maakt geen
opnamen, zelfs wanneer u
de ontspanknop indrukt.
Het is niet mogelijk de
opname te zien.
De beelden worden niet
op het beeldscherm
weergegeven.
De camera staat in de
autofocus-stand, maar
scherpstellen lukt niet.
Hoewel de camera
niet scherp is gesteld,
verschijnt het groene
kader in het midden van
het beeldscherm.
(Het symbool J
De foto is onscherp.
verschijnt.)
10
136
Oorzaak
De batterij is leeg.
De camera is niet ingeschakeld.
De camera staat in de Weergavestand. Selecteer de Weergavestand met
De ontspanknop wordt niet volledig
ingedrukt.
De geheugenkaart is niet geformatteerd. Formatteer de kaart.
De SD-geheugenkaart is 'vergrendeld' . Plaats een nieuwe kaart of verwijder
De batterij is aan het eind van zijn
levensduur gekomen.
De flitser is bezig met opladen.
De SD-geheugenkaart is 'vergrendeld' . Hef de schrijfbeveiliging van de kaart op. P. 25
Het contactoppervlak van de SD-
geheugenkaart is vuil.
De bevestigingstijd voor beelden
is te kort.
De camera is niet aan of het
beeldscherm is zwart.
De VIDEO/AV-kabel is aangesloten.
De schermweergave staat in de stand
Synchro-monitor.
De lens is vuil.
Het onderwerp staat niet in het
midden van het opnamebereik.
Het is een onderwerp dat lastig is om
scherp te stellen.
De camera is onjuist scherp gesteld,
omdat de afstand tot het onderwerp
te klein is.
U heeft de camera bewogen toen u de
ontspanknop indrukte.
Wanneer u onder donkere
omstandigheden (bijvoorbeeld binnen)
foto' s maakt, wordt de sluitertijd trager
en kunnen foto' s onscherp worden.
Oplossing
Laad de oplaadbare batterij op.
Druk op de POWER-knop om de
camera in te schakelen.
knop 6 (Weergeven).
Druk de ontspanknop voorzichtig
helemaal in.
ongewenste bestanden.
Plaats een nieuwe SD-
geheugenkaart.
Wacht tot het symbool voor de
flitsstand stopt met knipperen.
Veeg af met een zachte, droge doek. —
Stel de bevestigingstijd voor beelden
langer in.
Zet de camera aan of pas de
helderheid van het beeldscherm aan.
Ontkoppel de VIDEO/AV-kabel.
Druk op de DISP.-knop om de
weergave te veranderen.
Veeg af met een zachte, droge doek. —
Maak de foto met
scherpstelvergrendeling.
Maak de foto met
scherpstelvergrendeling of stel met
de hand scherp.
Opnemen met stand Macro of verder
weg gaan staan van het onderwerp.
Houd de camera met beide handen
vast terwijl u uw ellebogen licht
drukt tegen uw lichaam.
Gebruik een statief.
Gebruik de correctiefunctie voor
schokken van de camera.
Gebruik de flitser.
Verhoog de ISO-gevoeligheid.
Gebruik de correctiefunctie voor
schokken van de camera.
Zie
P. 26
P. 28
P. 28
P. 30
P. 110
P. 27,
P. 42
P. 27
P. 35
P. 111
P. 28,
P. 110
—
P. 45
P. 30
P. 30,
P. 87
P. 34
P. 30
P. 84
P. 35
P. 92
P. 84
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
