Menu: Verwarmingsparameter > CV uit tot lager
temp.niveau
B Selecteer de afkoelfase:
– Nee: Verwarmen volgens verwarmings-
curve.
– Ja: Verwarmen volgens de verwarmings-
curve, echter geen verwarming tijdens de
afkoelfase tot de actuele kamertempera-
tuur (bijv. Verwarmen = 21,0°C) voor het
eerst de gewenste kamertemperatuur van
de volgende lagere functie (bijv. Sparen -
met 15,0°C) heeft bereikt. Vervolgens
wordt er volgens de volgende lagere func-
tie verwarmd (bijv. Sparen met 15,0°C).
Menu: Verwarmingsparameter > Buitentempe-
ratuur uitschakeling
B Stel de buitentemperatuur in waarbij de ver-
warming uitgeschakeld moet worden:
10°C ... 25°C: Buitentemperatuur waarbij
–
de verwarming wordt uitgeschakeld.
99°C: Functie uitgeschakeld, dat wil zeg-
–
gen dat de verwarming bij elke buitentem-
peratuur kan worden ingeschakeld.
Menu: Verwarmingsparameter > Vorstgrens
temperatuur
Waarschuwing: Defecten aan ver-
warmingswater voerende delen bij
een te laag ingestelde vorstgrens
en lagere buitentemperaturen on-
der de 0°C!
B Basisinstelling van de vorst-
grens (3°C) alleen door een in-
stallateur die vertrouwd is met
de installatie laten aanpassen.
B Vorstgrens niet te laag instellen.
Schade door een te laag inge-
stelde vorstgrens zijn van garan-
tie utgesloten!
6 720 800 833 (2012/02)
Menu INSTALLATEURSNIVEAU instellen (alleen voor de installateur)
Als de buitentemperatuur de ingestelde vorst-
•
grenstemperatuur met 1 K(°C) overschrijdt en
er geen warmtevraag is, wordt de CV-circuit-
pomp uitgeschakeld.
Als de buitentemperatuur de ingestelde vorst-
•
grenstemperatuur overschrijdt, wordt de CV-
circuitpomp ingeschakeld (installatievorstbe-
scherming).
B Stel de buitentemperatuur in waarbij de ver-
warming ingeschakeld moet worden:
47