Veiligheidsmaatregelen
• Plaats geen voorwerpen die vatbaar zijn voor vochtigheid direct onder de binnen- of buitenunit.
Onder bepaalde omstandigheden kan druppelvorming ontstaan door condensatie op de
hoofdeenheid of koelpijpen, luchtfiltervuil, of een verstopte afvoer, waardoor het desbetref-
fende voorwerp kan bederven of kapotgaan.
• Plaats geen apparaten die open vuur produceren op plaatsen die blootgesteld
worden aan de luchtstroom vanuit de eenheid.
Dit kan leiden tot verminderde verbranding van de brander.
• Plaats geen verwarmingstoestellen direct onder of naast de binnenunit.
De vrijkomende hitte kan leiden tot vervorming van het rooster van de luchtinlaat.
• Zorg ervoor dat kinderen, planten, of dieren niet direct worden blootgesteld aan
de luchtstroom vanuit de eenheid, aangezien dit nadelige gevolgen kan hebben.
• Plaats geen brandbare verpakkingen, zoals spuitbussen, binnen 1 m van de luchtuitlaat.
De verpakkingen kunnen exploderen doordat ze beïnvloed worden door de warme luchtstroom
uit de binnen- of buitenunit.
• Raak de motoronderdelen niet aan wanneer het filter vervangen wordt.
De motor in werking heeft een hoge temperatuur en kan verbranding veroorzaken.
• Zet de hoofdschakelaar uit als de airconditioner gedurende langere periodes niet gebruikt zal worden.
Als de hoofdschakelaar aanblijft, wordt er nog steeds enige elektrische energie (watts) ver-
bruikt zelfs als de airconditioner niet wordt bediend. Zet daarom de hoofdschakelaar uit om
energie te besparen. Als de bediening wordt hervat, zet dan voor een soepele werking 6 uur
voordat de airconditioner weer bediend wordt de hoofdstroom aan.
• Installeer de airconditioner niet op een plek waar er een gevaar bestaat op
lekkage van brandbare gassen.
In het geval van een gaslek kan ophoping van gas in de buurt van de airconditioner leiden tot brand.
• Zit of sta niet op een wankele ondergrond wanneer u de airconditioner bedient of onderhoudt.
De ondergrond kan omvallen, wat kan leiden tot verwonding.
• Het bedieningspaneel niet bedienen met geopend deksel.
Als water het paneel binnendringt, kan dit leiden tot een defect aan de apparatuur of een elek-
trische schok veroorzaken.
• Plaats geen voorwerpen in directe nabijheid van de buitenunit en laat geen
bladeren of ander vuil zich ophopen rond de buitenunit.
Bladeren zijn een broeinest van kleine dieren die de eenheid kunnen binnendringen. Zodra ze
in de eenheid zitten kunnen dergelijke dieren storing, rookontwikkeling, of brand veroorzaken
als ze in contact komen met elektrische onderdelen.
5
VOORZICHTIG
Gebruikershandleiding EM11A015
DCM601A51 intelligent Touch Manager
Nederlands