8-5 Het instellen van de functie Glijdende temperatuur
Glidende temperatuur is een functie die het instelpunt van de binnenunit wijzigt in verhouding tot de
veranderingen in de buitentemperatuur, zodat het verschil tussen de buiten- en binnentemperatuur
niet buitensporig wordt in ruimtes met een directe in- of uitgang van het gebouw. Deze functie werkt
enkel als de binnenunit werkt in modus Koelen.
Het instelpunt van een binnenunit die is geregistreerd in een groep voor Glijdende temperatuur die
u heeft aangemaakt en waarvoor deze functie is ingeschakeld, kan elke 5 minuten wijzigen
afhankelijk van de buitentemperatuur gemeten bij het beheerpunt Ai.
De buitentemperatuur en het instelpunt staan met elkaar in verhouding zoals uitgedrukt in de
volgende vergelijkingen:
• Als de buitentemperatuur hoger is dan de bovengrens buitentemperatuur
Instelpunt = Bovengrens instelpunt
• Als de buitentemperatuur lager is dan de ondergrens buitentemperatuur
Instelpunt = Ondergrens instelpunt
• Als de buitentemperatuur zich in het bereik bevindt dat wordt gedefinieerd door de boven- en
ondergrenzen van de buitentemperatuur
Instelpunt = (Buitentemperatuur – Ondergrens buitentemperatuur) × (Bovengrens instelpunt –
Ondergrens instelpunt) / (Bovengrens buitentemperatuur – Ondergrens buitentemperatuur) +
Ondergrens instelpunt
OPMERKING
• De waarde van het berekende instelpunt wordt afgerond.
Instelpunt
Bovengrens instelpunt
Ondergrens instelpunt
201
Ondergrens
buitentemperatuur
Verhouding tussen buitentemperatuur en instelpunt
Gebruikershandleiding EM11A015
DCM601A51 intelligent Touch Manager
Instelpunt
Bovengrens
Buitentemperatuur
buitentemperatuur
Nederlands