De programmatimer instellen (TIMER SET)
Met deze functie kunt u de timer gebruiken om het afspelen of opnemen op
een bepaalde tijd automatisch te starten. U kunt twee timers ("PROG. 1" en
"PROG. 2").
De volgende bronnen kunnen met de programmatimer worden gebruikt:
– Voor weergave: TUNER, CD, iPod, USB, D-IN, AUX of AUDIO-IN
– Voor opname: TUNER
Zet de systeemklok juist voordat u deze procedure aanvat. (p.41)
Bereid de ingangsbron voor en controleer de werking.
Verbind voor opname met een timer een USB-apparaat (met voldoende
vrije ruimte) met de
Druk op [ 2 ] om naar de voorgaande stap terug te keren.
1
2
Voor "AUX" of "AUDIO-IN" moet u een component verbinden dat een timerfunctie heeft. U kunt de
timerfunctie van het aangesloten component niet met het systeem activeren of uitschakelen.
Bij opname met de timer wordt het systeem 2 minuten voor het bereiken van de starttijd voor
opname ingeschakeld en gepauzeerd.
Controleer indien u twee timerprogramma's gebruikt dat de tijden van de programma's ten minste
3 minuten verschillen zodat de werking van de timers elkaar niet overlapt.
Indien u "PLAY" of "AI PLAY" heeft gekozen, moet u het systeem ten minste 1 minuut voor de
starttijd uitschakelen.
Indien u "REC" heeft gekozen, moet u het systeem ten minste 3 minuten voor de starttijd
uitschakelen.
Wanneer het systeem standby is geschakeld, kunt u de timerinstelling (aan of uit) en de huidige tijd
5 seconden tonen door op
aansluiting. (p.30)
Druk op [MODE].
Druk op [ 2 ] of [ 3 ] om "TIMER SET" te kiezen en druk
vervolgens op [ENTER].
7
[
]
te drukken.
Timerinstellingen
Wordt vervolgd op de volgende pagina
Nederlands
39