Restwarmte-indicatie
Als een kookzone warm is, brandt na
het uitschakelen de restwarmte-indica-
tie.
De streepjes van de restwarmte-indica-
tie verdwijnen één voor één als de
kookzone afkoelt. Het laatste streepje
verdwijnt als de kookzone zover is afge-
koeld dat u deze zonder gevaar kunt
aanraken.
De restwarmte-indicaties knipperen
als er een stroomonderbreking op-
treedt tijdens gebruik of wanneer er
nog restwarmte is.
Gevaar voor verbranding door
hete kookzones.
Na het koken zijn de kookzones nog
heet.
Raak de kookzones niet aan als de
restwarmte-indicatie nog brandt.
Vermogensstand instellen (uit-
gebreid aantal standen)
Raak het gedeelte tussen de sensor-
toetsen aan.
De gekozen vermogensstand knippert
gedurende enkele seconden en brandt
daarna constant. Bij de tussenstanden
verschijnt een punt achter het getal.
Bediening
27