Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Het Apparaat Configureren; Systeeminstellingen Configureren; Maateenheden Wijzigen - Garmin GPSMAP 500 Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor GPSMAP 500 Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

h
et apparaat confIgureren
U kunt de apparaatinstellingen configureren in het configuratiescherm.

Systeeminstellingen configureren

Om de algemene systeeminstellingen te wijzigen, gaat u naar het
startscherm en selecteert u
Configureer
Simulator: met deze optie schakelt u de simulatormodus in of uit en
kunt u de opties voor de simulatormodus instellen. (Als het apparaat in
tijdens de eerste installatie in de modus voor winkeldemo, wordt deze
instelling demo genoemd.)
Taal: hiermee selecteert u de taal op het scherm.
Zoemer/weergave: selecteer
Zoemer
het apparaat geluidssignalen geeft. De drie instellingen zijn Uit,
Alleen alarmen
(standaard) en
Weergave
om over te schakelen tussen dag- en nachtmodus en de
schermverlichting te verhogen of verminderen.
gpS: GPS-satellieten weergeven, WAAS/EGNOS in- of uitschakelen
en de GPS-ontvanger initialiseren.
Systeeminformatie: systeeminformatie weergeven en
fabrieksinstellingen herstellen.
Logboek: toont een lijst met systeemgebeurtenissen.
Cijferoverlay: hiermee stelt u de weergave van de cijfers voor Wind en
Volgende afslag in.
Gebruikershandleiding GPSMAP
configureren
> Systeem.
om te bepalen wanneer
Aan
(toetsen en alarmen). Selecteer
500-serie
®

Maateenheden wijzigen

Om maateenheden te wijzigen, selecteert u in het startscherm
Configureer
> Eenheden.
Systeemeenheden: met deze snelle, algemene optie kunt u de
individuele maateenheden die hieronder zijn weergegeven, tegelijk
wijzigen.
Statuut (m/u, vt,
°f),
(kt, ft,
ºf).
diepte: hiermee kunt u de maateenheden voor de diepte individueel
instellen op
Voeten
(ft),
Vadems (fa)
Temperatuur: hiermee kunt u de maateenheden voor de temperatuur
fahrenheit (ºf)
individueel instellen op
OpMERKINg: om de diepte en de temperatuur te kunnen
weergeven, moet u NMEA-dieptegegevens van een sonar ontvangen
of een Garmin-peilmodule gebruiken.
Afst, Snelh, Hoogte: hiermee kunt u de maateenheden voor afstand,
snelheid en hoogte individueel instellen.
Koers: hiermee stelt u de referentiepunten in voor het berekenen van de
koers.
positie: hiermee wijzigt u het coördinatensysteem waarmee locaties
worden weergegeven. De standaard indeling is hdddºmm.mmm'.
Wijzig de positie-indeling alleen wanneer u een kaart gebruikt met een
afwijkende indeling.
Tijd: hiermee kunt u de tijdsindeling
de tijdzone instellen en aangeven of u de zomer- en wintertijd wilt
toepassen.
h
et AppArAAt confIgureren
Metrisch (k/u, m, ºC)
of
Nautisch
of
Meters
(m).
Celsius
(ºC).
of
uur,
24
uur, of UTC) en
(12


Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave