Inhoudsopgave
Advertenties
Lijst van sneltoetsen
* "[A]+[B]" betekent dat u de [A]-knop ingedrukt houdt terwijl u op de [B]-knop drukt.
Sneltoets
Uitleg
Partij
[Shift]+ Part On [01]–[04]
Schakelt het dempen van een partij in en uit (p. 4).
[Arpeggio]+ Part On [01]–[04]
Schakelt de Arpeggio Sw van elke partij in en uit (p. 9).
[Vocoder]+ Part On [01]–[04]
Schakelt de Vocoder Send Sw van elke partij in en uit.
Druk op Part On [01]–[04] + klavier
tweemaal (om de onder- en
Geeft het toetsenbereik voor elke partij op.
bovengrens op te geven)
Controllers
Gaat naar de status van de Modulation LFO-instelling.
[Shift]+[Modulation]-hendel
Om deze status te verlaten, gebruikt u nogmaals de
[Shift]+[Modulation]-hendel.
[Shift] + wieltje 1 bedienen
Geeft de toewijzing van wieltje 1 weer (p. 12).
[Shift] + wieltje 2 bedienen
Geeft de toewijzing van wieltje 2 weer (p. 12).
[Shift] + pedaal 1 bedienen
Geeft de toewijzing van pedaal 1 weer (p. 12).
[Shift] + pedaal 2 bedienen
Geeft de toewijzing van pedaal 2 weer (p. 12).
Algemeen gedeelte
[Exit] + controller
Geeft de parameter weer (de waarde wordt niet gewijzigd).
Houd één knop ingedrukt terwijl u op de andere knop
[-], [+]
drukt om de waarde snel te doen veranderen.
[Shift]+[-] [+]
Wijzigt de waarde in grotere stappen.
[Shift]+[K] [J]
Gaat naar het vorige/volgende parametergedeelte.
[Shift]+[MIDI CTRL]
Schakelt de triggermodus in/uit (p. 11).
Display vergrendeling aan/uit.
Als dit is ingeschakeld, wordt de overeenkomstige
[Shift]+[Menu]
parameter niet weergegeven wanneer u een controller
verplaatst (de waarde wordt gewijzigd).
[Shift]+[Write]
Geeft het LED Customize-scherm weer (p. 15).
[Shift]+[Enter]
Voert de Manual-functie uit (p. 2).
Geeft het Init-scherm weer (p. 7).
[Shift]+[Program Select]
(In het Arpeggio Edit-scherm wordt het arpeggiopatroon
geïnitialiseerd.)
[Shift]+[Bank]
Geeft het Copy-scherm weer (p. 7).
[Shift]+[Favorite]
Geeft het Favorite Util-scherm weer (p. 7).
[Program Select]+[01]–[16]
Selecteert een programma.
Normaal: Wisselt de programmabank (p. 4).
[Bank]+[01]–[16]
Favorieten: Wisselt de favorietenbank (p. 7).
Registreert het huidige programmanummer als een
[Favorite]+[01]–[16]
favoriet (p. 7).
LFO
Analoge partij: Schakelt LFO Key Trigger in/uit.
[Shift]+ [Tempo Sync]
Digitale partij: Schakelt LFO Key Trigger in/uit.
Analoge partij: Geen functie.
[Shift]+ [AMP Depth]
Digitale partij: Regelt LFO Pan Depth.
OSC1
Analoge partij: Geen functie.
[Shift]+[Pitch]
Digitale partij: Regelt AMP Pan.
Part Select [01]–[04]+[Pitch]
Regelt de pan van elke partij.
Analoge partij: Geen functie.
[Shift]+[PW]
Digitale partij: Regelt de OSC PW Shift (Pulse Width Shift).
PITCH ENV
Analoge partij: Regelt de Pitch Env Velo Sens (Velocity Sens).
[Shift]+[Depth]
Digitale partij: Geen functie.
FILTER
Analoge partij: Regelt de FILTER Cutoff Fine.
[Shift]+[Cutoff]
Digitale partij: Geen functie.
Analoge partij: Regelt de FILTER KF Fine (Key Follow Fine).
[Shift]+[Key Follow]
Digitale partij: Geen functie.
Analoge partij: Regelt de FILTER Velo Sens (Velocity Sens).
[Shift]+[Env Depth]
Digitale partij: Regelt de FILTER Velo Sens (Velocity Sens).
AMP
Analoge partij: Regelt de AMP Velo Sens (Velocity Sens).
[Shift]+[Level]
Digitale partij: Regelt de AMP Velo Sens (Velocity Sens).
Part Sel [01]–[04]+[AMP Level]
Regelt het volume van elke partij.
EFFECTS
Geeft het TFX 1-scherm weer (de TFX1 Sw-instelling wordt
[Shift]+[TFX 1 On]
niet gewijzigd).
Geeft het TFX 2-scherm weer (de TFX2 Sw-instelling wordt
[Shift]+[TFX 2 On]
niet gewijzigd).
Geeft het Part MFX-scherm weer (de Part MFX Sw-instelling
[Shift]+[Part MFX On]
wordt niet gewijzigd).
16
Sneltoets
Uitleg
PATTERN SEQ
Gebruik de [01]–[16]-knoppen om het gebied (maten)
[Shift]+[01]–[16]
met performancegegevens dat wordt weergegeven, te
[Pattern Length]+[01]–[16]
verplaatsen (p. 8).
[01]–[16] + regelaar
Neemt de bewerking van de regelaar op op de opgegeven
(tijdens Step REC2)
stap (positie) (p. 8).
Klavier + [01]–[16]
Neemt de klaviernoot op op de opgegeven stap (positie).
(tijdens Step REC2)
[Shift]+[Erase]
Geeft het Pattern Erase-menu weer (p. 9).
Geeft het Pattern Erase-menu weer en wijst de opgegeven
[Erase]+Part On [01]–[04]
partij toe als de bestemming voor het wissen (p. 9).
Wist alle opgenomen gegevens die zich in de opgegeven
[Erase]+[01]–[16]
stap van de toepasselijke Step REC-partij bevinden (p. 8).
Tijdens Realtime Erase: Wijst de regelaargegevens toe als
[Erase] + regelaar
de bestemming voor het wissen (p. 8).
Geeft het Step REC-instelscherm weer (p. 8).
[Shift]+[Step REC]
(De Step REC-status wordt niet gewijzigd)
Geeft het Realtime REC-instelscherm weer (p. 8).
[Shift]+[Realtime REC]
(De Realtime REC-status wordt niet gewijzigd)
[Shift]+[Tap]
Geeft de tempoparameter weer.
Aan de linkerkant van het klavier
[Shift]+OCTAVE [Up] [Down]
Stelt Tone Common Oct Shift (Octave Shift) in.
Wisselt de Kbd Velocity-instelling (Real , vaste waarde
[Shift]+[Key Hold]
(standaard:127)) (p. 12).
Geeft het Arpeggio-scherm weer (p. 9).
[Shift]+[Arpeggio]
(De arpeggioschakelaar wordt niet gewijzigd)
& Raadpleeg de "Parameter Guide (Engels)" (PDF) voor meer informatie over
de parameters.
Advertenties
Inhoudsopgave
