Opnemen (patternsequencer)
Met de patternsequencer kunt u klavierperformances en bewerkingen met
regelaars opnemen en steeds weer herhalen.
Wanneer u opneemt, wordt de momenteel geselecteerde partij opgenomen.
Controller
Uitleg
Wijzigt de lengte van één stap. De indicators aan de linkerkant van de knop
geven de instelling weer.
5 De [01]–[12]-knoppen stemmen overeen met een opname-invoerbereik
van twee beats waardoor u triolen van zestiende noten kunt invoeren.
5 De [01]–[12]-knoppen stemmen overeen met een opname-invoerbereik
[Scale]-knop
van één maat waardoor u triolen van achtste noten kunt invoeren.
5 De [01]–[16]-knoppen stemmen overeen met een opname-invoerbereik
van twee beats waardoor u tweeëndertigste noten kunt invoeren.
5 De [01]–[16]-knoppen stemmen overeen met een opname-invoerbereik
van één maat waardoor u zestiende noten kunt invoeren.
[Erase]-knop
Wis een opgenomen patroon of een deel van een patroon.
[Step REC]-knop
Hiermee kunt u uw klavierperformances stapsgewijs opnemen.
Wijzigt het aantal maten in het patroon. U kunt een patroon maken van
maximaal vier maten lang.
[Pattern Length]-
Gebruik de [01]–[04]-knoppen om de lengte op te geven.
knop
Voor sommige Scale-instellingen gebruikt u de [01]–[08]-knoppen om de
lengte op te geven.
[Play]-knop
Speel of stop het patroon.
[Real Time REC]-
Creëer een patroon door uw klavierperformance en controllers in realtime
knop
op te nemen.
Opnemen in realtime (Real Time REC)
Hier leest u hoe u een patroon kunt creëren door uw klavierperformance en
controllers in realtime op te nemen. Uw performance wordt opgenomen door deze
als een extra laag op het geselecteerde patroon aan te brengen.
1.
Gebruik de On [01]–[04]-knoppen van ANALOG PART of DIGITAL PART om
de partij in te schakelen die u wilt opnemen.
2.
Druk op de [Real Time REC]-knop (REC STANDBY).
3.
Maak instellingen voor opnemen in realtime.
Gebruik de [K] [J]-cursorknoppen om een parameter te selecteren en gebruik de
[-] [+]-knoppen om de instelling te bewerken.
Parameter
Uitleg
Cursor [K] [J]
Cnt In (Count In)
* Dit wordt alleen
Selecteert de manier waarop de opname wordt gestart.
weergegeven
OFF, 1 MEAS, 2 MEAS, WAIT NOTE
tijdens REC
STANDBY.
Met de Quantize-functie worden onnauwkeurigheden in de timing waarmee
u tijdens de opname op het klavier speelt, automatisch gecorrigeerd
Input Qtz
waardoor de ritmische nauwkeurigheid vergroot.
(Input Quantize)
U kunt de Quantize-functie toepassen tijdens het opnemen in realtime. Deze
instelling geeft op of Quantize al dan niet wordt toegepast tijdens het opnemen.
OFF, GRID, SHFL (shuffle)
Geeft de noottimingwaarde op waarop de kwantisering wordt toegepast.
Reso (Resolution)
GRID: 1/32 ( )–1/4 ( )
SHFL: 1/16 ( )–1/8 ( )
Deze instelling wordt gebruikt bij Grid Quantize. Deze geeft de mate op waarin
uw noten worden verplaatst naar precieze intervallen van de nootwaarden die
zijn opgegeven door de Reso-instelling. Als dit is ingesteld op "100%", worden de
Strength
noten die u opneemt helemaal naar exacte intervallen van de opgegeven Reso-
instelling verplaatst. Met lagere percentages wordt minder correctie toegepast.
Als dit is ingesteld op "0%", wordt de timing helemaal niet gecorrigeerd.
0–100%
Gebruik deze instelling bij Shuffle Quantize.
Als dit is ingesteld op "50%", klinken de noten op gelijke intervallen. Als
Rate
u de waarde van deze instelling verhoogt, wordt een "springerig" gevoel
geproduceerd, zoals bij gepuncteerde noten.
Geef op of Real Time REC wordt uitgeschakeld (OFF) of ingeschakeld blijft
Loop Rec
(ON) wanneer u naar de volgende loop gaat nadat u uw performance hebt
opgenomen.
Geeft op of tempowijzigingen worden opgenomen (ON) of niet opgenomen
Tempo Rec
(OFF).
Click Switch
Schakelt het klikgeluid in/uit.
& Raadpleeg de "Parameter Guide (Engels)" (PDF) voor meer informatie over
de parameters.
4.
Druk op de [Play]-knop om het opnemen te starten.
Tijdens het afspelen kunt u ook op de [Real Time REC]-knop drukken om de opname
te starten.
5.
Bespeel het klavier.
Verplaatsingen van de regelaars en de wieltjes worden ook opgenomen.
6.
Druk op de [Real Time Rec]-knop om de opname te stoppen.
Klikinstellingen
1.
Druk op de [Menu]-knop.
2.
Selecteer "SYSTEM" en druk vervolgens op de [Enter]-knop.
3.
Selecteer de CLICK-parameter (p. 13) en gebruik de [-] [+]-knoppen om
de waarde te wijzigen.
8
4.
Druk meermaals op de [Exit]-knop om terug te keren naar het
programmaselectiescherm.
Sla indien nodig de systeemparameters op.
&"De systeeminstellingen opslaan" (p. 14)
Slechts een gedeelte van een frase wissen
1.
Druk tijdens het afspelen of opnemen op de [Erase]-knop (Erase Mode).
De knop licht op waardoor u noten kunt wissen. Het Erase-scherm verschijnt.
2.
Gebruik de [-] [+]-knoppen om de gegevens te selecteren die u wilt wissen
en druk vervolgens op de [Enter]-knop.
De geselecteerde gegevens worden gewist terwijl u de knop ingedrukt houdt.
MEMO
In de modus voor wissen worden de noten van de toets die u ingedrukt houdt,
gewist terwijl u die toets blijft ingedrukt houden.
Als u twee toetsen ingedrukt houdt, worden alle noten tussen deze twee toetsen
gewist.
3.
Druk opnieuw op de [Erase]-knop.
De knop dooft uit en de JD-XA keert terug naar de vorige stand.
Het tempo wijzigen
&"TEMPO" (p. 2)
MEMO
Het tempo wordt opgeslagen voor elk individueel programma.
&"Een programma opslaan (Write)" (p. 7)
Step Recording (Step REC)
U kunt als volgt een patroon creëren door uw klavierperformance stapsgewijs op te
nemen.
Uw nieuwe opname vervangt het patroon dat werd geselecteerd.
Controller
Uitleg
[01]–[16]-knoppen
De knop van de partij die wordt opgenomen, knippert.
1.
Gebruik de On [01]–[04]-knoppen van ANALOG PART of DIGITAL PART om
de partij te selecteren die u wilt opnemen.
2.
Druk op de [Step REC]-knop.
De [01]-knop knippert.
Het volgende scherm wordt weergegeven totdat u stopt met opnemen.
STEP REC: 1
1:1
Type
1/16( )
U kunt de [K] [J]-cursorknoppen gebruiken om een parameter te selecteren en de
[-] [+]-knoppen om de waarde van die parameter te bewerken.
Parameter
Waarde
Cursor [K] [J]
[-] [+]
Type (Noottype)
Geeft de nootwaarde op van de noten die u zult invoeren.
Gate Time
Geeft de duur op van de noten ten opzichte van het noottype.
(duur van de noot)
5–200%
Velocity
Real (de werkelijk gespeelde dynamiek),
(klavierdynamiek)
1–127 (vaste dynamiek)
3.
Speel één noot op het klavier.
Uw performance wordt opgenomen in stap 1. U gaat automatisch verder naar de
volgende stap en de [02]-knop licht op.
U kunt een akkoord opnemen door verschillende noten te selecteren.
4.
Herhaal stap 3 om elke stap op te nemen.
MEMO
5 Druk op de [Erase]-knop om de gegevens bij een stap te wissen (of een rust in te voeren).
5 Om een boogje in te voeren, drukt u op de [Enter]-knop.
5 Om de stap die u aan het opnemen bent te veranderen, drukt u op een van de [01]–
[16]-knoppen.
5 Als u het aantal maten wilt wijzigen, drukt u op de [Pattern Length]-knop en
vervolgens gebruikt u de [01]–[04]-knoppen om de lengte op te geven (voor
sommige schaalinstellingen gebruikt u [01]–[08] om de lengte op te geven).
5.
Druk op de [Step Rec]-knop om de opname te stoppen.
Step Recording 2 (Step REC 2)
Tijdens het afspelen of als de performance is gestopt, gebruikt u de [01]–
[16]-knoppen om op te nemen op de volgende stap (Step Recording 2).
1.
Druk tweemaal op de [Step REC]-knop om Step REC uit te schakelen.
2.
Gebruik de On [01]–[04]-knoppen van ANALOG PART of DIGITAL PART om
de partij te selecteren die u wilt opnemen.
3.
Speel op het klavier de noot die u wilt opnemen en gebruik vervolgens de
[01]–[16]-knoppen om de stap in te schakelen.
MEMO
5 U kunt ook opnemen op een opgegeven stap door een noot ingedrukt te houden en
op een van de [01]–[16]-knoppen te drukken om de stap op te geven.
5 Door een regelaar te draaien terwijl u een van de [01]–[16]-knoppen ingedrukt
houdt, kunt u de laatste stand van die regelaar opnemen in de opgegeven stap.
5 Bediening van de regelaar wordt opgenomen op de partij die is geselecteerd in PART
Select.