–
Plaats de NT1 niet in een ruimte waar
zuren, logen of andere agressieve stoffen
het apparaat kunnen aantasten.
–
Plaats de NT1 niet in een meterkast met
een opening naar de kruipruimte in ver-
band met vochtigheid. U kunt de NT1 wel
plaatsen in een geventileerde meterkast
zonder openingen naar de kruipruimte.
–
Als u de NT1 aansluit op het hoofd-tele-
foonstopcontact in de meterkast, kunt u de
NT1 het beste ongeveer 30 cm boven het
hoofd-telefoonstopcontact ophangen.
–
Laat voor luchtcirculatie ten minste 10 cm
ruimte vrij aan de bovenkant en de onder-
kant van het apparaat en 5 cm ruimte aan
de zijkanten.
3.3
Bestaande analoge apparaten verwijderen
Deze paragraaf is alleen op u van toepassing
wanneer u op uw huidige adres overschakelt
van een analoge telefoonaansluiting naar ISDN.
Als u de NT1 aanlegt in uw nieuwe huis of
kantoor, kunt u doorgaan met paragraaf 3.4.
Trek de telefoonstekkers van al uw analoge
apparaten uit de telefoonstopcontacten.
Sluit vervolgens een van uw analoge telefoons
tijdelijk aan op het hoofd-telefoonstopcontact
(zie afbeelding 6). U kunt dan gewoon bellen
24
en gebeld worden terwijl u de NT1 ophangt en
de ISDN-terminal-adapter, de analoge apparaten
en/of de ISDN-apparaten aansluit.
Hoofd-telefoon-Ł
stopcontact
Afbeelding 6: Analoge telefoon tijdelijk aansluiten op
hoofd-telefoonstopcontact.
3.4
Bestaande analoge bekabeling losmaken
Als u meerdere telefoonstopcontacten in huis
hebt, moet u de bestaande analoge bekabeling
losmaken van het hoofd-telefoonstopcontact.
In de meeste gevallen kunt u deze analoge
bekabeling blijven gebruiken voor het aan-
sluiten van uw analoge apparaten op een
ISDN-terminal-adapter, bijvoorbeeld de
Quattrovox of de Webvox (zie paragraaf 3.6).
25