Installatie- en gebruikershandleiding
5.6.3 De vochtsensor (RH of %RV)
Na het wijzigen van de ventilatiestand, zal er ook steeds een terugkoppeling zijn van de status van het ventilatiesysteem naar deze
sensor. Hierdoor zal de LED die zich links bovenaan bevindt, net onder de tekst 'RH', oplichten. Als de LED groen kleurt is alles
OK. Indien de LED één of meermaals rood kleurt is er een foutmelding actief. Raadpleeg hoofdstuk 8 'storingen en foutmeldingen'
voor meer info.
Om de sensor in dienst te stellen, dient u deze sensor te koppelen met het ventilatietoestel. Hiervoor dient het ventilatietoestel
in de 'binding' modus te zijn. Deze modus wordt standaard geactiveerd na het onder spanning plaatsen van het ventilatietoestel
waarna deze modus 5 min. geactiveerd blijft. Indien deze tijd reeds verstreken is, dient u het toestel opnieuw in deze modus te
brengen. Raadpleeg hiervoor hoofdstuk 6 'opstarten van het ventilatietoestel'.
In de Auto-modus zal het ventilatiedebiet automatisch worden geregeld tussen de low stand en de mediumstand + 10%.
Dit percentage kan variëren en is afhankelijk van de fabrieksinstellingen.
De vochtsensor is geproduceerd overeenkomstig de volgende EU-richtlijnen:
•
EMC richtlijn: 2004/108/EC
•
Laagspanningsrichtlijn: 2006/95/EC
•
RTTE richtlijn: 1999/5/EC
•
RoHS richtlijn: 2002/95/EC
•
WEEE richtlijn: 2002/96/EC
De vochtsensor is CE-conform en mag niet buiten de EU worden gebruikt.
De vochtsensor dient bij defect naar een recyclagepark te worden afgevoerd.
De vochtsensor mag niet worden ingebouwd in een metalen behuizing, noch worden geschilderd.
22
Naast de standaard RF bedieningsschakelaar, kan het ventilatietoestel
ook automatisch op basis van de aanwezige hoeveelheid vocht in de lucht
worden aangestuurd m.b.v. een vochtsensor. In dat geval spreken we over
vraagsturing of vraaggestuurd ventileren.
Naast de sensorfunctie, kan de sensor ook als gewone draadloze
bedieningsschakelaar worden gebruikt en beschikt u vervolgens over 4
verschillende werkmodi van uw ventilatietoestel.
De verschillende ventilatiestanden zijn:
•
away modus: ventilatiestand LOW
•
home modus: ventilatiestand MEDIUM
•
timer modus: ventilatiestand HIGH (tijdsgebonden 30min.)
•
auto modus: automatische ventilatiestand op basis van de actuele
luchtvochtigheid
Om te schakelen tussen de verschillende ventilatiestanden, dient u uw
duim te plaatsen op de 'capacitieve' knop, die zich onderaan rechts op de
sensor bevindt. Deze knop, die geactiveerd wordt op basis van capaciteit,
zal in werking treden van zodra u met uw vinger deze knop aanraakt en
beweegt. Eerst zal de LED van de huidige ventilatiestand oplichten en bij
het opnieuw indrukken van de 'capacitieve' knop (binnen de 2 seconden)
zal de LED verspringen tot de gewenste stand is geselecteerd.