Houd hierna de aan-uittoets P1 voor drie seconden (P lang) ingedrukt tot een geluidssignaal hoorbaar is.
Als de problemen aanhouden, neem contact op met een technicus of servicecentrum.
Wanneer na het indrukken van de hoofdschakelaar van de kachel het display op het bedieningspaneel niet oplicht, dan
zijn de zekeringen nabij de schakelaar waarschijnlijk gesprongen en moeten worden vervangen (zie pagina 8, fig. 1).
Wanneer de problemen aanhouden, neem contact op met een technicus of servicecentrum.
LET OP: trek steeds het netsnoer uit alvorens deze handelingen door te voeren.
8. ROUTINEREINIGING EN -ONDERHOUD
8.1 Reinigings- en onderhoudswerken op verantwoordelijkheid van de gebruiker: alle reinigings- en
onderhoudswerken moeten uitgevoerd worden bij een volledig koude kachel en met het netsnoer uitgetrokken.
Houd in acht dat het gebruik van gecertificeerde pellets van voldoende kwaliteit de kachel correct doet werken
en het beschreven vermogen laat leveren. Als resultaat zullen het reinigen en onderhouden des te gemak-
kelijker zijn.
Reinig de branderpot dagelijks, bij voorkeur voor het ontsteken, en let erop dat dat de gaatjes allemaal open
zijn. Wanneer aankoekingen zichtbaar zijn, moet de branderpot gereinigd worden, bij voorkeur met een staal-
borstel. Gebruik de stofzuiger ook voor de behuizing waarin de branderpot zit (zie pagina 22, fig. 12).
Let er na het reinigen op of de branderpot en de vlammenbreker terug goed op hun plaats zitten (zie pagina
22, fig. 11).
Controleer wekelijks en gebruik een stofzuiger om de verbrandingskamer te reinigen (zie pagina 22, fig. 13).
LET OP! Wees er zeker van dat de assen koud zijn alvorens ze op te zuigen met een stofzuiger!
Reinig het kijkruitje eender wanneer nodig met behulp van een katoenen doek of keukenrolpapier en een
speciaal reinigingsmiddel voor kachelruiten, doorgaans te verkrijgen bij uw kachelverdeler.
Let op om spuitvlekken van dit reinigingsmiddel op geschilderde muren te voorkomen.
Controleer maandelijks en gebruik een stofzuiger om de controleroosters onder de verbrandingskamer de
reinigen (zie pagina 22, fig. 10).
Zuig maandelijks, wanneer het pelletreservoir leeg is, met een stofzuiger het overgebleven houtstof uit de
bodem van het reservoir.
Gebruik nooit agressieve of bijtende producten om de buitenkant van de kachel te reinigen. reinig de kachel
alleen wanneer deze volledig koud is en het netsnoer is uitgetrokken. Was de kachel nooit met water of andere
vloeistoffen, omdat deze de interne elektrische isolatie kunnen beschadigen en de gebruiker zo in gevaar komt.
Controleer regelmatig de rookgasuitlaten, inclusief de bochten en de koppelstukken (zie pagina 10, fig. 5 en
pagina 22, fig. 14).
Gebruik enkel de reserveonderdelen aangegeven door de fabrikant voor onderhoudswerken die de vervanging
van onderdelen vereisen.
Onderhoudswerken binnenin de kachel moeten uitgevoerd worden door erkende en gekwalificeerde technici.
21