Vermijden van schade van het
Omgang met meetresultaten
10 •
seca 655/654
OPGELET!
apparaat
Schade van het apparaat
► Let erop dat er nooit vloeistof en stof in het inwendige van het ap-
paraat en de sensoren binnendringen. Hierdoor kan de elektronica
beschadigd raken.
► Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt, trek dan de stek-
ker uit het stopcontact. Alleen dan is het apparaat stroomloos.
► Laat het apparaat niet vallen.
► Stel het apparaat niet bloot aan heftige schokken of vibraties.
► Voer in regelmatige intervallen een functiecontrole uit zoals beschre-
ven in de desbetreffende paragraaf van dit document. Gebruik het
apparaat niet wanneer het niet correct functioneert of beschadigd
is.
► Stel het apparaat niet bloot aan direct zonlicht en let erop dat er
geen verwarmingsbron in de directe nabijheid is. Te hoge tempera-
turen zouden de elektronica kunnen beschadigen.
► Gebruik het apparaat uitsluitend onder de reglementaire omge-
vingsvoorwaarden.
► Bewaar het apparaat uitsluitend onder de reglementaire opslag-
voorwaarden.
► Let op de gegevens in de technische gegevens m.b.t. afkoeltijden
na opslag bij zeer hoge temperaturen resp. opwarmtijden na opslag
bij zeer lage temperaturen.
► Gebruik uitsluitend desinfectiemiddelen op basis van alcohol (bijv.
70 % ethanol).
► Gebruik geen scherpe of schurende reinigingsmiddelen.
OPGELET!
Inconsistente meetresultaten
► Voordat u met dit apparaat vastgestelde meetwaarden elektronisch
opslaat en verder gebruikt (bijv. in een seca pc-software of in een
informatiesysteem), dient u te controleren of de meetwaarden plau-
sibel zijn.
► Wanneer er meetwaarden aan een seca pc-software of aan een in-
formatiesysteem werden overgedragen, controleer dan voor verder
gebruik of de meetwaarden aannemelijk zijn en aan de juiste patiënt
werden toegewezen.
OPGELET!
Foutieve meting door reflecties
Wanneer zich objecten of personen in directe nabijheid van het appa-
raat bevinden, ontstaan er foutieve metingen.
► Zorg ervoor dat er tijdens de meting minstens 0,5 meter voor en
naast het apparaat geen objecten of personen aanwezig zijn.
► Zorg ervoor dat het apparaat minsten 0,2 meter van de muur verwij-
derd is.
► Zorg ervoor dat de patiënt geen haarsieraden aan de bovenkant van
het hoofd draagt.