Doseringstips reinigingsmiddel
Neem bij het doseren de aanwij‐
zingen op de verpakking in acht.
Wanneer er niet iets anders op de
verpakking staat, doseer dan één tab
of - afhankelijk van de vuilgraad - 20
tot 30 ml in vakje II. Is het vaatwerk
sterk verontreinigd, doseer dan ook
nog eens een geringe hoeveelheid
reinigingsmiddel in vakje I. Zie hoofd‐
stuk: "Programma-overzicht".
Gebruik bij het programma "Snel" (in‐
dien aanwezig) geen tabletten. De ta‐
bletten lossen bij dit programma niet
helemaal op.
Doseert u minder reinigingsmiddel
dan is geadviseerd, dan is het moge‐
lijk dat het vaatwerk niet goed
schoon wordt.
Reinigingsmiddelen kunnen
brandwonden in neus, mond en keel
veroorzaken.
Adem daarom geen poedervormig
reinigingsmiddel in en slik geen reini‐
gingsmiddel in! Ga direct naar de
dokter wanneer dat wel is gebeurd.
Zorg ervoor dat kinderen niet met
reinigingsmiddelen in aanraking kun‐
nen komen. Laat kinderen daarom
niet bij de afwasautomaat komen
wanneer deze geopend is. Er zouden
nog resten reinigingsmiddel in de af‐
wasautomaat aanwezig kunnen zijn.
Verder kunt u het reinigingsmiddel
beter pas dán toevoegen vlak voor‐
dat u het programma start. Vergren‐
del de deur bovendien met de kin‐
derbeveiliging, wanneer uw auto‐
maat daarover beschikt.
Bediening
41