Om 3A + B op te slaan en dan de volgende waarden in te voegen om de
berekening uit te voeren: A = 5, B = 10
5
10
SOLVE gebruiken
SOLVE gebruikt de wet van Newton om de oplossing van vergelijkingen te
benaderen. Merk op dat SOLVE alleen in de modus Calculate kan worden
gebruikt. SOLVE ondersteunt de invoer van vergelijkingen van de volgende
formaten.
Voorbeelden: y = x + 5, x = sin(M), xy + C (Behandeld als xy + C = 0)
Let op
• Als een vergelijking invoerfuncties bevat die een openingshaakje
bevatten (zoals sin en log), laat dan het sluitingshaakje niet weg.
• Vanaf het moment dat u op
door op
te drukken, moet u Lineaire weergave-invoerprocedures
gebruiken voor invoer.
Om x
+ b = 0 op te lossen voor x wanneer b = -2
2
(x)
Voer een eerste waarde voor x
in (hier, invoer 1):
Wijs -2 toe aan B:
Geef de variabele op die u wilt oplossen
(hier willen wij oplossen voor x, verplaats
dus de markering naar x.):
Los de vergelijking op:
(1) Variabele opgelost voor
(2) Oplossing
(3) (linkerkant) – (rechterkant)
resultaat
• Oplossingen worden altijd in de decimale vorm weergegeven.
• Hoe dichter het resultaat (linkerzijde) − (rechterzijde) nul is, hoe hoger
de nauwkeurigheid van de oplossing.
Belangrijk
• SOLVE voert convergentie een ingesteld aantal keren uit. Als het geen
oplossing kan vinden, verschijnt een bevestigingsscherm met de
melding "Continue:[=]" waarbij u wordt gevraagd of u wilt doorgaan.
Druk op
om door te gaan of op
breken.
• Afhankelijk van wat u invoert voor de eerste waarde voor x
(oplossingsafhankelijk), kan SOLVE mogelijk geen oplossing verkrijgen.
3
(A)
(B)
(SOLVE)
(B)
→
(SOLVE) drukt totdat u SOLVE verlaat
(=) 0
1
2
om de SOLVE-bewerking af te
20