1
sin 30° =
2
sinh, cosh, tanh, sinh
dat verschijnt wanneer u op
van de hoekeenheid heeft geen invloed op de berekeningen.
*1 Afhankelijk van de berekeningsmodus, moet u op
∘
g
r
,
,
: Deze functies specificeren de hoekeenheid. ° Specificeert graden,
g
radialen en
gradiënten. Voer een functie in vanuit het menu dat verschijnt
als u de volgende toetsbewerking uitvoert:
π/2 radialen = 90° (Angle Unit: Degree)
*2 Afhankelijk van de berekeningsmodus moet u op
,
: Exponentiële functies.
e
5
× 2 = 296,8263182
(MathI/MathO)
(LineI/LineO)
log: Logaritmische functies. Gebruik
b als log (a, b). Het grondtal 10 is de standaardinstelling als u niets
log
a
invoert voor a.
log
1000 = log 1000 = 3
10
log
16 = 4
2
De
-toets kan ook worden gebruikt voor invoer, maar alleen als MathI/
MathO of MathI/DecimalO is geselecteerd voor Input/Output in het
setupmenu. In dat geval moet u een waarde invoeren voor het grondtal.
log
16 = 4
2
ln: Natuurlijk logaritme naar grondtal e.
ln 90 (= log
90) = 4,49980967
e
x
, x
2
3
,
,
,
2+2
(1 + 1)
= 16
2
3
(5
)
= 15625
32
= 2
5
(MathI/MathO)
(LineI/LineO)
2 × 3 = 3 2 = 4,242640687...
(MathI/MathO)
(LineI/LineO)
,
,
: Deze functies gebruik de Gauss-Kronrod-methoden voor het
uitvoeren van numerieke integratie, benadering van de afgeleide op basis
van de centrale differentiemethode en berekening van de som van een
opgegeven bereik van f(x).
Invoersyntax
(1) wanneer MathI/MathO of MathI/DecimalO is geselecteerd
(2) Wanneer LineI/LineO of LineI/DecimalO is geselecteerd
∫
(1)
∫
, , ,
(2)
(Angle Unit: Degree)
-1
-1
, cosh
(π)
, x
-1
,
: Machten, machtswortels en reciproken.
1
*
-1
, tanh
: Voer een functie in vanaf het menu
(Hyperbolic Func)*
2
(Angle Unit)
(
) 5
(
) 5
(log) voor het invoeren van
(log) 2
90
1
5
5
2
2
2
*
=
, ,
15
30
1
drukt. De instelling
(Angle Unit)*
r
(
)
2
2
(log) 1000
(,) 16
2
16
1
2
2
3
(x
)
(
) 5
32
(
) 32
3
3
∑
=
∑
, ,
1
2
drukken.
r
2
.
90
drukken.
296.8263182
296.8263182
3
4
4
4.49980967
16
15625
2
2
3 2
4.242640687
3
*