Pak-Lok 485 Annubar
V
ERVOLG STAP
De volgende beperkingen en aanbevelingen gelden voor de montagelocatie van
impulsleidingen:
1. Horizontaal gemonteerde impulsleidingen moeten ten minste 83 mm per meter
(1 inch per ft.) verval hebben.
• Laat omlaag lopen (richting transmitter) voor toepassingen met vloeistof en stoom
• Laat omhoog lopen (richting transmitter) voor toepassingen met gas
2. Voor in de buitenlucht geplaatste installaties voor vloeistof, verzadigd gas of stoom zal
soms isolatie en verwarming nodig zijn om bevriezing te voorkomen.
3. Voor alle installaties wordt montage van een instrumentkranenblok aanbevolen. Met een
kranenblok kan de gebruiker voorafgaand aan de nulinstelling de druk egaliseren en de
procesvloeistof van de transmitter isoleren.
Afbeelding 11. Identificatie kleppen van kranenblokken met 5 en met 3 kranen
kranenblok met 5 kranen
naar PH
KH
KEH
AKH
Tabel 3. Beschrijving van impulskleppen en componenten
Naam
Beschrijving
Componenten
1
Transmitters
2
Kranenblok
Kranenblok en impulskleppen
PH
Primaire sensor
PL
Primaire sensor
AKH
Aftap/ontluchtingskraan
AKL
Aftap/ontluchtingskraan
KH
Kranenblok
KL
Kranenblok
KEH
Kranenblokegalisator
KEL
Kranenblokegalisator
KE
Kranenblokegalisator
KA
Ontluchtingskraan kranenblok Ontlucht de procesvloeistof
(1) hoge druk
(2) lage druk
12
5...
naar PL
KA
KL
2
KEL
AKL
1
(1)
(2)
(1)
(2)
(1)
(2)
(1)
(2)
KH
Doel
Leest differentiaaldruk uit
Isoleert en egaliseert elektronica
Aansluitingen voor procesdruk aan hoge en lage zijde
Tapt de membranen van de verschildruksensor af
(bij gasbedrijf) of ontlucht deze (bij vloeistof- of stoombedrijf)
Scheidt de druk aan hoge of lage zijde van het proces
Geeft de hoge en lage drukzijden toegang tot de
ontluchtingskraan, of scheidt de procesvloeistof
Voor egalisatie van de druk aan hoge en lage zijde
Beknopte installatiegids
00825-0311-4809, versie DB
kranenblok met 3 kranen
naar PH
naar PL
KE
KE
2
AKH
1
December 2009
KL
AKL