Beknopte installatiegids
00825-0311-4809, versie DB
December 2009
V
ERVOLG STAP
Afbeelding 10. Montage splitringveerring
vóór aandraaien
NB
Pak-Lok afdichtmechanismen produceren een aanzienlijke kracht op het punt waar de
sensor de tegenoverliggende buiswand raakt. Wees voorzichtig wanneer u gebruikmaakt
van leidingen met een dunne wand (ANSI Sch 10 en lager) zodat u schade aan de leiding
voorkomt.
S
5: D
TAP
E TRANSMITTER MONTEREN
Transmittermontage, kop voor directe montage met kleppen
Bij directe montage van een transmitter met kleppen hoeft de Annubar niet te worden
teruggetrokken.
1. Breng O-ringen van PTFE aan in de groeven op de Annubar-kop.
2. Zet de bovenkant van de transmitter in lijn met de bovenkant van de sensor (op de
zijkant van de kop is "Hi" gestanst) en installeer de transmitter.
3. Haal de moeren kruiselings aan tot 45 N•m (400 in•lb).
Transmittermontage met kop voor externe montage
Bij temperaturen van meer dan 121 °C (250 °F) bij de diafragma's van de sensormodule zal
de transmitter beschadigd raken. Extern gemonteerde transmitters worden op de sensor
aangesloten via impulsbuizen, zodat de procestemperaturen in zodanige mate afnemen dat
de transmitter niet meer kwetsbaar is.
Afhankelijk van de procesvloeistof worden de impulsleidingen op verschillende wijze gelegd;
de inrichting moet geschikt zijn voor continubedrijf bij de in de pijpleiding heersende druk en
temperatuur. Tot en met 600 lb ANSI (DN50 PN100) wordt gebruik van een roestvaststalen
buis met buitendiameter van ten minste 12 mm (
0,9 mm (0.035 inch) aanbevolen. Boven 600 lb ANSI (DN50 PN100) een roestvaststalen
buis met wanddikte van
dan in kleine holten lucht wordt opgesloten waar uiteindelijk lekkage zal optreden.
4...
1
/
inch. Buisfittingen met schroefdraad zijn niet raadzaam omdat
16
Pak-Lok 485 Annubar
na aandraaien
1
/
inch) en wanddikte van ten minste
2
11