Inhoudsopgave
Advertenties
Tabel 9 Bedradingsinformatie voor kabels met één connector voor niet-Sigma-debietmeters (vervolg)
Signaal
Kleur
Pin
beschrijvin
van de
g
draad
Speciale
E
Rood
uitgang
Uitgang
F
Programma
Groen
voltooid
Afschermin
G
N.v.t.
g
1
De kleur van de draad komt overeen met de kleuren van universele kabels, art. nr. 8756800 en 8756900.
2
Alle apparatuur die door het elektriciteitsnet van stroom wordt voorzien en op de aansluitklemmen van de controller is aangesloten, moet
NRTL-geregistreerd zijn.
Opmerking: in bepaalde installaties is het noodzakelijk externe apparatuur op de pulsingang, de speciale uitgang en/of de
uitgang voor programmavoltooid aan te sluiten via lange kabels. Omdat er sprake is van pulsinterfaces met aardreferentie, kan
verkeerde signalering optreden door transiënte aardpotentiaalverschillen tussen elk uiteinde van de kabel. Hoge
aardpotentiaalverschillen kunnen zich met name voordoen in zware industriële omgevingen. Onder zulke omstandigheden kan
het noodzakelijk zijn galvanische scheiders (bijv. optische koppelingen) van derden te gebruiken lineairmet het betreffende
signaal/de betreffende signalen. Voor de stroomingang is externe aardisolatie doorgaans niet nodig, omdat de transmitter van
4-20 mA gewoonlijk voor isolatie zorgt.
Doel
1
Gewoonlijk bedraagt de spanning in
deze draad 0 VDC; deze wordt echter
+12 VDC als een van de geselecteerde
gebeurtenissen, zoals beschreven in
paragraaf 5.3.2 op pagina
voordoet.
Gewoonlijk is dit een open circuit, maar
aan het einde van het
monsternameprogramma wordt deze
draad gedurende 90 seconden naar
aarde geschakeld. Wordt gebruikt om
een andere sampler "wakker te maken"
om met het monsternameprogramma
verder te gaan, of om een gebruiker of
datalogger te informeren dat een
monsternameprogramma is voltooid.
Deze pen wordt ook gebruikt om aan te
geven dat de fles vol is in de modus
Enkele fles/Continu, en verstuurt het
flesnummer naar een debietmeter zodra
het signaal Programma voltooid wordt
uitgeschakeld.
Zorgt voor verbinding met de aarde
wanneer de sampler van stroom wordt
voorzien door het elektriciteitsnet. Deze
aansluiting is uitsluitend bedoeld voor
gebruik bij het controlleren van
RF-emissies en de susceptibiliteit.
Bedrading voor niet-Sigma-debietmeters
Capaciteit
Deze uitgang wordt thermisch beveiligd tegen
kortsluitstromen naar de gemeenschappelijke
aansluiting (pen B). Beperk externe
belastingsstroom tot 0,2 A.
De uitgang heeft gewoonlijk een laag logisch niveau
(0 VDC) ten opzichte van de gemeenschappelijke
aansluiting (pen B). Actieve hoge uitgangsniveaus
zijn:
77, zich
15 VDC nominaal wanneer de sampler van stroom
wordt voorzien door het elektriciteitsnet
12 VDC nominaal wanneer de sampler van stroom
wordt voorzien door accu 8754400.
Dit is een open collector-uitgang met een
zenerblokkeerdiode van 18 V als
overspanningsbeveiliging. De uitgang heeft een
actief laag niveau ten opzichte van de
gemeenschappelijke aansluiting (pen B).
Absolute maximumwaarden voor uitgangstransistor:
Verzamelstroom = maximaal 25 mA DC.
Externe aanzetspanning = maximaal 18 VDC.
Niet bedoeld voor gebruik als veiligheidsaarde. Niet
gebruiken als een stroomvoerende geleider.
Kabels die zijn aangesloten op de extra poort van de
sampler en langer zijn dan 3 meter moeten worden
afgeschermd.
Als een afgeschermde kabel is aangesloten op de
extra poort, mag de afschermdraad (afvoerdraad)
ongeacht de lengte van de kabel uitsluitend aan één
uiteinde van de kabel met aarde worden verbonden,
om lusstromen te voorkomen.
115
Advertenties
Inhoudsopgave
