Let op:
Zet de fiets nooit weg met een lege accu! Wij adviseren om de accu zo snel mogelijk te
•
laden als deze leeg is.
De beste bewaar-lading voor de accu is bij een lading waarbij drie tot vijf LED's
•
branden.
Controleer in de winter uw acculading om de maand, laad deze bij als er minder dan
•
drie LED's branden.
Bewaar en gebruik de accu bij voorkeur tussen de 5 en 20 graden, vermijd hogere en
•
lagere temperaturen.
Laad de accu niet op in de volle zon en zorg ervoor dat de accu niet wordt geladen bij
•
een temperatuur lager dan 5 graden.
Gebruik de lader alleen in niet-vochtige binnenruimtes, de lader mag niet nat worden.
•
Gebruik uitsluitend de meegeleverde Van Raam accu.
•
Laad de accu alléén op met de bij de fiets geleverde lader.
•
De behuizing van de accu én de lader mag niet worden geopend. Bij problemen gaat u
•
naar uw dealer!
Laat de accu niet vallen, dit kan zowel extern als intern schade veroorzaken.
•
Als de fiets een storing heeft, moet de accu losgekoppeld worden van de fiets.
•
Mogelijke incidenten
Het systeem laat zich niet inschakelen:
•
1.
Controleer of de accu goed bevestigd is.
2.
Controleer de status van de accu. Indien deze leeg is, laad de accu op.
3.
Controleer of de accu actief is. Als de accu een tijd niet wordt gebruikt schakelt
deze zich ter bescherming helemaal uit. De accu kan geactiveerd worden door de
accu kort op te laden, tijdens het fietsen (met circa 10 km/h) de aan/uit-knop
ingedrukt te houden of als de accu voorzien is van een knop met indicatie, de
knop op de accu kort in te drukken zodat de indicatie weergegeven wordt.
4.
Als het bovenstaande geen oplossing biedt, neem dan contact op met uw dealer.
De accu-indicatie LED's op het display knipperen:
•
De motor kan door continue hoge belasting mogelijk oververhit raken. Het systeem zal
dan ter beveiliging de ondersteuning reduceren.
1.
Het systeem is in temperatuur-beveiliging. U kunt verder fietsen met
gereduceerde ondersteuning.
Gebruiksaanwijzing | Tandemlijn 18.06
23