4 Opnemen
Een bestand opnemen
Opmerking
• Zorg ervoor dat u de microfoons niet afdekt als u
opneemt. Dit kan tot een lagere opnamekwaliteit
leiden.
• Als de opnametijd van de huidige opname de
beschikbare opslagcapaciteit overschrijdt, wordt de
opname gestopt. Verwijder in dit geval bestanden van
het apparaat om meer opslagruimte vrij te maken.
Voordat u begint met opnemen:
• Controleer of uw apparaat nog voldoende
accuvermogen heeft.
Als de accu bijna leeg is, ziet u een pictogram dat
aangeeft dat de accu bijna leeg is .
X Het apparaat wordt uitgeschakeld en de huidige
opname wordt automatisch opgeslagen.
• Selecteer eerst de map waarin de opname moet
worden opgeslagen. Zie voor meer informatie
nieuwe opname
starten. U kunt 100 bestanden
opslaan in map A, B, C en D.
Als een van de mappen vol zit, worden de volgende
opnames automatisch in de volgende map
opgeslagen.
• We raden aan een testopname uit te voeren om de
meest geschikte voorinstellingen te vinden voor uw
opname, zodat u de beste opnameresultaten behaalt.
Een nieuwe opname starten
1
Druk in de stopmodus op de linker functietoets
een nieuwe opname te starten.
X Het nieuw bestand-scherm wordt weergegeven.
2
Druk op de rechter functietoets om het venster met
instellingen te openen
Een map selecteren waarin uw opnames moeten
worden opgeslagen.
• Druk op de knoppen omhoog/omlaag om naar
Map te gaan en druk vervolgens op de knop
Opnemen om uw selectie te bevestigen.
Druk op de knoppen omhoog/omlaag om naar
de map te gaan waarin uw opname moet worden
opgeslagen en druk vervolgens op de knop
Opnemen om uw selectie te bevestigen.
Druk op de knop Terug om terug te gaan naar het
stopscherm.
De instellingen van uw opname aanpassen:
• Druk op de knoppen omhoog/omlaag om naar uw
gewenste instelling te gaan en druk vervolgens op
de knop Opnemen om uw selectie te bevestigen.
Druk op de knop Terug om terug te gaan naar het
stopscherm.
10
Opnemen
Een
om
.
3
Druk op de knop Opnemen om de opname te
starten.
X Het opnamescherm wordt weergegeven.
X Het opname-/statuslampje wordt rood.
4
Druk de knop Opnemen nogmaals in om de opname
te stoppen.
X De opname wordt opgeslagen in de
geselecteerde map.
Een bestand bewerken
U kunt bestaande opnames bewerken in de stopmodus
door een opname toe te voegen of te overschrijven.
Toevoegen: Voeg extra opnames toe aan het einde van
een bestaande opname.
Overschrijven: Overschrijf een gedeelte van een
bestaande opname op ieder punt binnen de opname.
Een gedeelte van een opname toevoegen:
Druk in de stopmodus van een bestaand bestand op de
knop Opnemen.
• Als de cursor van de voortgangsbalk voor audio
aan het einde van de opname is:
X Het opnamescherm wordt weergegeven en er
wordt een nieuw opnamegedeelte toegevoegd
aan het einde van uw bestand.
• Als de cursor van de voortgangsbalk voor audio
aan het begin van de opname is:
X Het bewerkvenster wordt geopend.
X Druk op de knoppen omhoog/omlaag om
Append (Toevoegen) te selecteren en druk
vervolgens op de knop Opnemen om uw
selectie te bevestigen.
X Het opnamescherm wordt weergegeven en er
wordt een nieuw opnamegedeelte toegevoegd
aan het einde van uw bestand.
Een gedeelte van een opname overschrijven:
1
Druk in de afspeelmodus op de Afspelen/stop-
knop om het afspelen op het gewenste gedeelte te
stoppen.
2
Druk op de knop Opnemen.
X Het bewerkvenster wordt geopend.
3
Druk op de knoppen omhoog/omlaag om Overwrite
(Overschrijven) te selecteren en druk vervolgens op
de knop Opnemen om uw selectie te bevestigen.
X Het opnamescherm wordt weergegeven en er
wordt een nieuwe opname gestart vanaf waar het
afspelen is gestopt.