Versnellingshendel (1)
Met deze hendel wordt de rijsnelheid van de sneeuwfrees ingesteld. De sneeuwfrees
heeft 6 voorwaartse (1-6) en 2 achteruit versnellingen.
Aandrijving (2)
De aandrijvinghendel bevindt zich aan de rechterzijde. Dit bedieningselement
schakelt de aandrijving in, als de hendel naar beneden wordt gedrukt. Hendel
loslaten en de machine stopt met het vooruit c.q. achteruit gaan.
Freesaandrijving (3)
De inschakel eenheid voor de sneeuwfrees bevindt zich aan de linker handgreep. Als
de hendel wordt ingedrukt begint de frees te draaien. Hendel weer indrukken en
frees stopt met draaien (geen sneeuwuitworp meer)
Draaien van de uitworp (12)
De uitworpinrichting wordt bepaald door de stand van de uitworp unit. Met een
hendel wordt de uitworpunit verdraaid. Zet de uitworpinrichting naar links of rechts
afhankelijk waar u de sneeuw naar toe wilt hebben.
Verstellen van de stuurdeksel (5)
De uitworpafstand/ hoogte wordt door de positie van de stuurdeksel bepaald. Als
deze deksel omhoog staat komt de sneeuw verder weg. Als de deksel naar beneden
wijst neemt de afstand af.
Instellen van de geleideplaten (9)
De geleideplaten bepalen de hoogte van de schuurstrip (8). Door de schuurstrip
kunnen gladde oppervlakten zoals asfalt, beton etc. volledig sneeuwvrij gemaakt
worden. De geleideplaten moeten indien mogelijk zo hoog mogelijk staan.
Op oneffen terrein (klinker straten, kiezelstraat) moet de schuurstrip hoger afgesteld
worden. De geleideplaten moeten zo laag mogelijk ingesteld staan. Altijd opletten dat
de geleideplaten aan beide zijden op de zelfde hoogte staan.
Breekbouten
De breekbouten worden tijdens werkzaamheden zeer sterk belast. Vooral als er
vreemde voorwerpen zoals stenen, draad of hout in de frees terecht komen. Bij het
verwisselen goed opletten dat de bouten goed worden aangetrokken.
Aandrijfblokkering (7) SFR-80 , SFK-80
Met behulp van de aandrijfblokkering kan de aandrijving van elk wiel/rups
geblokkeerd of vrijgegeven worden. Bij niet geblokkeerde(vrije) aandrijfblokkering
bevind zich de eenheid in een vrijloop wat een lichtere/eenvoudige hantering en
transport van de machine oplevert
Schoonmaakhaak (reinigingshulpmiddel)
Bij bepaalde sneeuwomstandigheden kan de uitwerpunit door sneeuw of ijs verstopt
raken. Voor het verwijderen van resten dit hulpmiddel gebruiken. Nooit de
uitwerpunit met de handen schoonmaken.