I n s t e l l .
Netoproep-ID verzndn
•
belt.
Oproep in wachtrij
— Selecteer
•
bent, of selecteer
Controleer status
Wachtende internetopr.
•
wanneer u bezig bent met een internetoproep.
Melding internetopr.
— Schakel deze optie in wanneer het apparaat de beller moet laten weten dat u bezet bent. Als u deze
•
optie uitschakelt, hoort de beller een bezettoon en ontvangt u een melding over de gemiste oproep.
Stndrdgesprekstype
— Selecteer
•
Internet
om Voice-over-IP te gebruiken om te bellen naar het nummer of adres.
Opr. weig. met SMS
— Selecteer
•
weten waarom u de inkomende oproep niet kunt beantwoorden.
Berichttekst
— Voer de tekst in die moet worden verzonden wanneer u een inkomende oproep niet kunt beantwoorden en
•
automatisch een tekstbericht wilt verzenden als antwoord.
Afb. in video-oproep
— Selecteer
•
te geven tijdens een video-oproep, of selecteer
Autom. herkiezen
— Selecteer
•
doet maximaal tien pogingen om de verbinding tot stand te brengen.
Samenvatting na opr.
•
Snelkeuze
— Selecteer
•
toegewezen aan een van de snelkeuzetoetsen (2-9), houdt u de betreffende snelkeuzetoets ingedrukt.
Zie 'Snelkeuze', p. 37.
Aannem. willek. toets
•
drukken, met uitzondering van de eindetoets.
Lijn in gebruik
— Selecteer
•
(netwerkdienst). Deze instelling wordt alleen weergegeven als de SIM-kaart het wisselen van lijnen ondersteunt en u een
abonnement hebt op twee telefoonlijnen.
Lijn wijzigen
— Selecteer
•
u de PIN2-code nodig.
Melding internetopr.
— Selecteer
•
Aan
om inkomende internetoproepen te accepteren.
Verbindingsinstellingen
Selecteer
Menu
Instrum.
>
Toegangspunten
— Nieuwe toegangspunten instellen of bestaande toegangspunten bewerken. Sommige of alle
•
toegangspunten kunnen vooraf voor uw apparaat zijn ingesteld door uw serviceprovider, waardoor u ze niet kunt maken,
bewerken of verwijderen.
Toegangspuntengr.
— Nieuwe toegangspunten instellen of bestaande toegangspunten bewerken die worden gebruikt bij
•
het automatisch tot stand brengen van verbindingen en e-mailroaming.
Packet-gegevens
— Vaststellen welke packet-gegevensverbindingen worden gebruikt en het toegangspunt invoeren als u
•
uw apparaat als modem voor een computer gebruikt.
Instell. internettelefoon
•
SIP-instellingen
— SIP-profielen (Session Initiation Protocol) weergeven of instellen.
•
Data-oproep
— De time-out instellen waarna gegevensverbindingen automatisch moeten worden verbroken.
•
VPN
— VPN-beleid installeren en beheren, VPN-beleidsservers beheren, het VPN-logboek bekijken en VPN-toegangspunten
•
maken en beheren.
Wireless LAN
— Instellen of een indicator moet worden weergegeven wanneer een wireless LAN beschikbaar is en opgeven
•
hoe vaak het apparaat naar netwerken moet zoeken.
Configuraties
— Weergeven en verwijderen van vertrouwde servers waarvan uw apparaat configuratie-instellingen kan
•
ontvangen.
Neem voor informatie over wireless LAN of een abonnement op een packetgegevensdienst en de bijbehorende verbindings en
configuratieinstellingen contact op met uw netwerkoperator of serviceprovider.
De instellingen die gewijzigd kunnen worden, kunnen verschillen.
Toegangspunten
Selecteer
Menu
Instrum.
>
Een toegangspunt is het punt waar uw apparaat via een gegevensverbinding verbinding maakt met het netwerk. Als u e-mail-
en multimediadiensten wilt gebruiken en webpagina's wilt weergeven, moet u eerst toegangspunten definiëren voor deze
diensten.
© 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
— Stel deze functie alleen in als u uw internet-beller-ID wilt weergeven aan de persoon met wie u
Activeren
om een melding van een inkomende oproep te ontvangen wanneer u in gesprek
om te controleren of de functie actief is in het netwerk.
— Activeer deze functie als u een melding wilt ontvangen als een nieuwe oproep binnenkomt
Mobiele telefoon
Ja
om automatisch een tekstbericht te verzenden aan de persoon die u belt om deze te laten
Gesel. gebruiken
Aan
om een nummer opnieuw te kiezen als dit bezet was tijdens de eerste poging. Het apparaat
— Selecteer
Aan
om kort de geschatte duur van het laatste gesprek weer te geven.
Aan
om snelkeuze in uw apparaat te activeren. Als u een telefoonnummer wilt kiezen dat is
— Selecteer
Aan
om een inkomende oproep te beantwoorden door kort op een willekeurige toets te
Lijn 1
of
Lijn 2
om de telefoonlijn voor uitgaande oproepen en tekstberichten te wijzigen
Uitschakelen
om lijnselectie te voorkomen (netwerkdienst). Als u deze instelling wilt wijzigen, hebt
Uit
om inkomende internetoproepen te melden dat uw apparaat bezet is of selecteer
Instell.
Verbinding
>
>
— Instellingen voor internetoproepen definiëren.
Instell.
Verbinding
>
>
om normale oproepen naar het telefoonnummer uit te voeren of selecteer
om een statische afbeelding te selecteren om in plaats van een video weer
Geen
om geen afbeelding te verzenden tijdens een video-oproep.
en maak een keuze uit de volgende opties:
> Toegangspunten.
86