Gebruikshandleiding
12
3
14
21
A
Glijringafdichting met smoorring
Grootte 15 – 660, 880:
Druk met de montagedoorn oliekeerring E de smoorring 14 in de afdichtingbehuizing 3 en breng
de asborgring 13 aan.
Druk met de montagedoorn contraring A de contraring 12 met gemonteerde O-ring in de afdich-
tingbehuizing.
-of-
12
3
E
15
A
21
Glijringafdichting met medium
Grootte 15 – 660, 880:
Druk met de montagedoorn oliekeerring E de oliekeerring 15 in de afdichtingbehuizing 3 en breng
de asborgring 13 aan.
Druk met de montagedoorn contraring A de contraring 12 met gemonteerde O-ring in de afdich-
tingbehuizing.
5.
Reinig zorgvuldig de glijvlakken van de glijringafdichting en vet deze in met siliconenvet.
1
2
7
6
B
6.
Positioneer de pakking 7 op de afdichtingbehuizing.
7.
Let op: zorg dat bij montage van de afdichtingbehuizing de spanstift 2/cilinderstift 8 niet wordt
beschadigd. Let op de boringen in de pompflens.
Schuif de afdichtingbehuizing met de pakking voorzichtig zo ver mogelijk tegen de pompflens op
de hoofdspindel.
8.
Grootte 15 – 660, 880: Draai de cilinderschroeven 4 tussen afdichtingbehuizing en pomp vast
met het juiste aanhaalmoment.
-of-
Grootte 851, 951 – 3550: Draai de cilinderschroeven 11 tussen afdichtingbehuizing en pomp
vast met het juiste aanhaalmoment.
9.
Verwijder de montagehuls hoofdspindel B.
4
10
9
3
10.
Grootte 851, 951 – 3550: Schuif de O-ring 9 op de afdichtflens 10 en draai de cilinderschroe-
ven 4 tussen afdichtflens en afdichtingbehuizing 3 vast met het juiste aanhaalmoment.
11.
Monteer de spie 5.
OIC 18nl Uitgave 2021-05
12.4 Glijringafdichting vervangen (inwendige lagering)
13
E
13
3
4
5
12 Reparatie
3
14
13
3
15
13
1
3
9
8
7
6
B
11
10
5
4
35