Indien de projectieserver-URL "http://hostnaam" is en de aliasnaam "document" is, voer dan
"http://hostnaam/document" in.
U kunt een IP-adres gebruiken als de projectieserver-URL.
Als u [Toegangsnr.] selecteert in [Toegangsbeperkingtype], voeg dan "/{n}" toe aan het einde
van de server-URL.
Stel de overige instellingen onder [Instellingen projectieserver] naar wens in.
• Als u gebruik wilt maken van de projectieserverfunctie, moet u de netwerkinstellingen van tevoren
invullen. Voor meer informatie, zie Pag. 67 "De projector op een netwerk aansluiten".
• Voor meer informatie over het wijzigen van de instellingen, zie Pag. 107 "De instellingen
wijzigen". Voor meer informatie over de opties van de instellingen, zie Pag. 136 "Menu
Netwerktoepassingsinstellingen".
Werken met de DLNA-serverfunctie
De projector is compatibel met DLNA. DLNA is de richtlijn om content te delen op een netwerk. De
projector kan zo toegang tot DLNA compatibele apparaten zoals bestandservers, tabletcomputers of
smartphones krijgen en JPEG-bestanden projecteren die op die apparaten zijn opgeslagen.
Om vanaf de projector toegang te krijgen tot DLNA-compatibele apparaten, moeten de projector en de
DLNA-compatibele apparaten zijn aangesloten op een netwerk. Voor meer informatie over het
aansluiten van de projector op een netwerk, zie Pag. 67 "De projector op een netwerk aansluiten".
Om bestanden op het met DLNA compatibele apparaat te projecteren, dient u de instellingen voor het
delen van bestanden op het apparaat te configureren. Voor meer informatie over het gebruik van
DLNA-compatibele apparaten, zie de handleidingen bij de DLNA-compatibele apparaten.
• De projector is gecertificeerd volgens de richtlijnen van DLNA 1.5 voor stilstaande beelden. Als
[DLNA Certification Mode] in [Netwerktoepassingsinstellingen] is ingesteld als [Inschakelen],
functioneert de projector als een door DLNA gecertificeerd apparaat en is het afspelen van video's
niet mogelijk. Als voor deze instelling [Uitschakelen] is opgegeven, kan de projector ook MPEG-
bestanden projecteren.
• Afhankelijk van het apparaat dat voor deze functie gebruikt wordt, dient u in sommige gevallen
een DLNA-toepassing op het apparaat te installeren.
Bestanden projecteren die zijn opgeslagen op de server
Voor basisbewerkingen, zoals het inschakelen van de projector of het aanpassen van de focus, zie
Pag. 35 "Een afbeelding projecteren".
De serverfunctie gebruiken
79