11 | Bedrijfs- en storingsmeldingen
Storings-
Sto-
Beschrijving
code
rings-
klasse
3 6 1
V
De geplaatste besturingsunit correspondeert niet
met de KIM.
3
6
4
V
Het gasblok sluit niet juist.
3
6
5
V
3 9 0
V
De besturingsunit ziet een foute waarde in de KIM. • Controleer de werking van het cv-toestel door de KIM te vervangen.
1 0 1 1 N
De rookgastemperatuursensor heeft een te hoge
temperatuur gemeten.
1 0 1 2 N
Het ventilatortoerental is onregelmatig.
1 0 1 3 N
De ingestelde onderhoudsperiode, is overschre-
den. Onderhoud gewenst.
1 0 1 7 N
De gemeten cv-waterdruk is te laag. Het toestel-
vermogen wordt beperkt.
1 0 1 9 N
Verkeerde pomptype gedetecteerd.
1 0 2 2 N
De boilertemperatuursensor is kortgesloten of
onderbroken.
1 0 2 3 N
De ingestelde onderhoudsperiode is overschre-
den. Onderhoud noodzakelijk.
1 0 2 5 N
De retourtemperatuursensor is defect.
Tabel 24 Bedrijfs- en storingsmeldingen
11.4
Storingen, die niet worden getoond
Beschrijving
Te veel verbrandingsgeluid; bromgeluiden.
Stromingsgeluiden.
Opwarming duurt te lang.
Rookgastemperatuurbegrenzer niet verbonden, zonder
warmtevraag is er geen storing pas na 2 uur of aan het begin
van de warmtevraag.
Rookgaswaarden niet in orde; CO-gehalte te hoog.
38
Verhelpen
• Controleer het nummer op de besturingsunit.
• Plaats de KIM met het juiste KIM-nummer.
• Controleer de connectors en de bekabeling van het gasblok.
• Controleer de werking van het cv-toestel door het gasblok te vervangen.
• Controleer de bekabeling van de betreffende sensor.
• Controleer de sensor. Vervang de sensor indien nodig.
• Controleer de aansluitkabel op kortsluiting of onderbreking. Vervang het
onderdeel indien nodig.
• Controleer de bekabeling en de connectors van de ventilator.
• Controleer de werking van het cv-toestel door de ventilator te vervangen.
• Controleer de connectors van de besturingsunit.
• Controleer de werking van het cv-toestel door de besturingsunit te ver-
vangen.
• Voer het onderhoud aan het cv-toestel uit.
• Zet de niet-blokkerende storing terug (noodzakelijk).
• Ontlucht de cv-installatie en het cv-toestel.
• Vul de cv-installatie tot 2 bar bij.
• Controleer het expansievat op lekkage.
• Controleer de bekabeling en werking van de druksensor. Vervang het on-
derdeel indien nodig.
• Stel de pompkarakteristiek correct in.
• Controleer de stekkerverbindingen en de contacten van de kabelboom.
• Schakel het cv-toestel uit en weer aan.
• Controleer de werking van het cv-toestel door de pomp te vervangen.
• Controleer de bekabeling van de betreffende sensor.
• Vervang de sensor indien nodig.
• Voer onderhoud aan het cv-toestel uit.
• Controleer de bekabeling van de betreffende sensor.
• Vervang de sensor indien nodig.
Verhelpen
• Controleer het gassoort.
• Controleer de gasaansluitdruk.
• Controleer het rookgasafvoersysteem, eventueel reinigen of repareren.
• Controleer de gas-luchtverhouding, eventueel corrigeren.
• Controleer de warmtewisselaar, eventueel vervangen.
• Stel de pompcapaciteit of pompcurve correct in en pas op maximaal vermogen aan.
• Stel de pompcapaciteit of pompcurve correct in en pas op maximaal vermogen aan.
• Zie code 2 2 4.
• Controleer het gassoort.
• Controleer de gasaansluitdruk.
• Controleer het rookgasafvoersysteem, eventueel reinigen of repareren.
• Controleer de gas-luchtverhouding, eventueel corrigeren.
• Controleer de warmtewisselaar, eventueel vervangen.
Condens 9000i W • 6721823661 2023/03