5 | Voorwaarden voor de installatie
Voor een optimale werking van het cv-toestel dient de totale drukval min-
der te zijn dan p
( tabel 11).
max
Component
Afb.
Maximaal toegestane drukval p
max
Parallel systeem: luchttoevoerleiding (LTV)
k
45°-bocht
l
90°-bocht
j
1 m buis
Parallel systeem: rookgasafvoerleiding (RGA)
k
45°-bocht
l
90°-bocht
j
1 m buis
Concentrisch systeem: luchttoevoer-/rookgasafvoerlei-
ding
n
45°-bocht
o
90°-bocht
m
1 m buis
n
45°-bocht
o
90°-bocht
m
1 m buis
Concentrisch systeem: doorvoerset
s
dakdoorvoer
80/125
r
muurdoorvoer,
zonder broekstuk
80/125
Tabel 11 Drukval per component
5
Voorwaarden voor de installatie
GEVAAR
Levensgevaar door explosie!
Een verhoogde en permanente ammoniakconcentratie kan leiden tot
spanningscorrosiescheurtjes in messing onderdelen (bijv. gaskranen,
wartelmoeren). Hierdoor ontstaat de kans op explosiegevaar door
gaslekkage.
▶ Gebruik geen gastoestellen in ruimten met een verhoogde en perma-
nente ammoniakconcentratie (bv. stallen of opslagruimten voor
meststoffen).
▶ Indien contact met ammoniak onvermijdelijk is: zorg ervoor dat geen
messing onderdelen verwerkt zijn.
5.1
Transport
VOORZICHTIG
Persoonlijk letsel en schade aan het cv-toestel door verkeerd tillen.
▶ Til het cv-toestel met minimaal 2 personen.
▶ Pak het cv-toestel alleen aan de zijkanten vast en niet aan het bedie-
ningspaneel of aan de rookgasafvoeraansluiting ( afb. 11).
▶ Plaats het cv-toestel op een steekwagen en zet het vast met een span-
band.
▶ Transporteer het cv-toestel naar de opstellingsplaats.
12
Ø [mm]
HRC30 HRC45
118
172
80
0,9
1,7
2,0
4,1
0,9
1,9
80
1,2
2,5
2,9
5,9
1,3
2,7
60/100
11,2
–
12,9
–
9,3
–
80/125
2,3
4,6
4,4
8,9
2,6
5,2
60/100
28,9
–
15,2
30,9
60/100
20,0
–
12,5
25,3
Afb. 11 Correct tillen cv-toestel
5.2
Voorwaarden
Bij een cv-systeem met natuurlijke circulatie
Indien het cv-toestel wordt toegepast in een cv-installatie met natuurlijke
watercirculatie of open systeem (het cv-water staat daarbij in verbinding
met de buitenlucht):
▶ Monteer een scheiding (bijvoorbeeld platenwisselaar) tussen het
cv-toestel en de cv-installatie.
Bij een cv-systeem met kunststofleidingen
Indien in de cv-installatie kunststofleidingen worden toegepast, bijvoor-
beeld bij vloerverwarming:
▶ Pas kunststofleiding toe die zuurstofdiffusiedicht is volgens
DIN 4726/4729
-of-
▶ Monteer een scheiding (bijvoorbeeld platenwisselaar) tussen het
cv-toestel en de cv-installatie.
Bij gebruik van een kamerthermostaat/ruimteregeling
▶ Pas in de referentieruimte geen thermostatische radiatorkranen toe.
Oppervlaktetemperatuur
De maximale oppervlaktetemperatuur van het toestel is lager dan 85 °C.
Daarom zijn geen speciale veiligheidsmaatregelen voor brandbare mate-
rialen en inbouwmeubelen nodig. Houd de nationale bepalingen aan.
5.3
Vul- en bijvulwater
De waterkwaliteit van het vul- en bijvulwater is een wezenlijke factor voor
de functionele betrouwbaarheid, de levensduur en de bedrijfsgereed-
heid van een cv-installatie.
OPMERKING
Beschadiging van de warmtewisselaar of storing in de warmtepro-
ducent door ongeschikt water!
Ongeschikt of vervuild water kan slibvorming, corrosie of verkalking tot
gevolg hebben.
▶ Spoel de cv-installatie voor het vullen.
▶ Vul de cv-installatie uitsluitend met drinkwater.
▶ Gebruik geen bron- of grondwater.
▶ Behandel vul- en bijvulwater conform de specificaties in de volgende
paragraaf.
Condens 9000i W • 6721823661 2023/03