13. Algemene opmerkingen over 3D-printen
Tijdens het printen mag u nooit de stroomvoorziening onderbreken, de USB-kabel eruit trekken of de
SD-kaart verwijderen.
• De printkwaliteit van 3D-printers is afhankelijk van allerlei factoren. De belangrijkste zijn:
- printsnelheid
- laagdikte
- printbedkalibratie
- temperatuur
- doorvoersnelheid
- filamentmateriaal
- 3D-modelstructuur
• Het is niet altijd mogelijk om al bij de eerste poging een bevredigend printresultaat te bereiken. Er zijn aanpassingen
en fijnafstemming nodig om de printkwaliteit te verbeteren.
• Elk materiaal vereist andere printinstellingen.
• Vermijd overhangen groter dan 45°. Gebruik indien nodig de optie "support structure" in Cura en verwijder de
steunen na het printen.
a) Temperatuur van de nozzle
• De beste temperatuur van de nozzle hangt af van het filamentmateriaal en de laagdikte. De printtemperatuur van
het filament is afhankelijk van het materiaal en de fabrikant ervan. Controleer voor het printen altijd de specificaties
van het filament. Voor het beste resultaat is het aan te bevelen om origineel Renkforce-filament te gebruiken.
• Voer de eerste testprints uit op de standaardtemperatuur.
• Print om de kwaliteit te optimaliseren hetzelfde object met dezelfde laagdikte maar op verschillende temperaturen
van de nozzle. Select opeenvolgende temperaturen in stappen van 5 °C. Vergelijk de resultaten.
Op deze manier kunt u voor verschillende filamenten en laagdiktes gemakkelijker de optimale temperaturen van
de nozzle te weten komen.
• Als de temperatuur van de nozzle te heet ingesteld is, kan het materiaal niet snel genoeg afkoelen en laat het de
laag eronder weer smelten.
• Als de temperatuur van de nozzle te laag is, smelt het filament niet goed en is de doorvoer van het filament niet
homogeen. De afzonderlijke lagen versmelten dan niet voldoende met elkaar.
b) Voorkom verstopping van de nozzle
• Houd de nozzle niet al te lang op een hoge temperatuur zonder te printen.
• Houd de nozzle tijdens het laden van het filament op minstens 20 mm afstand van het printbed.
• Ontlaad het filament na gebruik.
19