Gebruik
7.6
7.6.1
7.6.2
7.6.3
7.6.3.1
60
Bediening met display
Rijverlichting gebruiken
Om de rijverlichting in te kunnen schakelen, moet het
aandrijfsysteem zijn ingeschakeld.
Druk kort op de koplamptoets.
De rijverlichting is ingeschakeld, het pictogram
rijverlichting wordt weergegeven.
Druk langer dan twee seconden op de
koplamptoets.
De rijverlichting is uitgeschakeld, het pictogram
rijverlichting wordt niet weergegeven.
Maximaal snelheidsniveau selecteren
Druk op de toets snelheidsniveau omhoog.
De snelheid wordt verhoogd.
Druk op de toets snelheidsniveau omlaag.
De snelheid wordt verlaagd.
Functieweergaven
De weergegeven functieweergaven kunnen worden
gewijzigd en voor een deel gereset.
Reisinformatie en systeemfuncties wijzigen
Druk de joystick naar rechts of links tot de
gewenste reisinformatie resp. systeemfunctie wordt
weergegeven.
De geselecteerde reisinformatie resp.
systeemfunctie is geactiveerd en wordt op het
display weergegeven.
877-00112_1.2_06.08.2018