Transport, opslag en montage
40
Zet het stuur en de voorbouw in de juiste stand.
Zet de remhendels, de bediening met display en de
bel in de juiste stand. Zet alle componenten goed
vast.
Controleer dat de volledige kabelboom goed ligt:
•
De kabelboom mag geen contact maken met
bewegende delen.
•
Kabeldoorvoeren moeten glad zijn en vrij van scherpe
randen.
•
Bewegende delen mogen geen druk- of trekkrachten
uitoefenen op de kabelboom.
Controleer de connectoren op de motor, de
besturing, de bediening met display en de
lichtsensor.
Controleer het aanhaalmoment van alle
schroefbevestigingen met een momentsleutel.
Controleer dat alle componenten goed vast zitten.
Stel de koplamp af.
Controleer tijdens een proefrit het aandrijfsysteem,
de verlichtingsinstallatie en de remmen op hun
goede werking.
Stel het aandrijfsysteem in op de officiële landstaal
en het betreffende maatsysteem.
Controleer de softwareversie van het
aandrijfsysteem op nationale varianten.
877-00112_1.2_06.08.2018