PROCEDURE 2.
Na afronding van een scan geeft de BVI 3000 twee volumes weer op het scherm Richten: het grootste gemeten volume
en het huidige volume. Het lichte gebied in het richtpictogram in de vorm van het doel geeft de positie van de blaas ten
opzichte van de scankop weer.
Afbeelding 8. Scherm Richten
Grootste gemeten volume
Huidige volumeresultaat
1.
Controleer of het doel nauwkeurig is bepaald door het richtpictogram te vergelijken met de resultaten in de volgende
tabel.
Tabel 4.
RESULTAAT
Nauwkeurig
Niet in het
midden
Volume te
hoog
2.
Als het doel nauwkeurig is, herhaalt u Stap 11 t/m Stap 12 van de procedure
u reproduceerbare resultaten aan het verzamelen bent. Dit helpt bij het garanderen van de maximale nauwkeurigheid.
Opmerking: Het instrument neemt aan dat het grootste gemeten volume het werkelijke blaasvolume is, omdat het
grootste volume meestal het meest nauwkeurig is. Er treden uitzonderingen op wanneer de scankop tijdens de scan
wordt bewogen of wanneer het verkeerde geslacht is geselecteerd. In deze situaties kan de grootste volumemeting
hoger zijn dan het werkelijke blaasvolume en moet u het scherm Richten wissen voordat u de patiënt opnieuw scant.
Bedienings- en onderhoudshandleiding: Het instrument gebruiken
DOEL EN NAUWKEURIGHEID CONTROLEREN
132ml
GEREED VOOR SCAN
HUIDIG = 132ml
GEREED
Richtpictogrammen
RICHTPICTOGRAM
SCAN
De afbeelding van de blaas is gecentreerd op de kruiscursor van het
richtpictogram. Dit geeft aan dat de scankop goed is gericht en dat de
blaasvolumemeting nauwkeurig is.
De afbeelding van de blaas is niet gecentreerd op de kruiscursor en
overlapt één kant van het richtpictogram. Dit geeft aan dat de blaas zich
buiten het gezichtsveld van de scankop bevindt. In dergelijke gevallen
is het gemeten volume lager dan het werkelijke blaasvolume. De BVI
3000 herkent deze conditie en geeft een groter dan (>) symbool weer
vóór de blaasvolumemeting. Voor het verkrijgen van een nauwkeurige
meting richt u de scankop opnieuw richting het beeld van de blaas en
vervolgens herhaalt u de scan.
De blaas overlapt twee kanten van het richtpictogram. Dit geeft aan dat
de blaas te groot is om volledig in het gezichtsveld van de scankop te
worden opgenomen. Het instrument herkent deze conditie en geeft een
groter dan (>) symbool weer vóór de blaasvolumemeting. In dergelijke
gevallen helpt het opnieuw plaatsen of richten van de scankop weinig
bij het verbeteren van de nauwkeurigheid; deze situatie ontstaat echter
bijna uitsluitend bij patiënten met zeer grote blaasvolumes. Bij deze
grote volumes zijn metingen klinisch bruikbaar, zelfs als het werkelijke
blaasvolume te laag wordt ingeschat.
X
BESCHRIJVING
Blaasvolume meten
om vast te stellen of
Richtpictogram
27