PARAGRAAF 2
Vul de infusielijn niet opnieuw als deze aangesloten is op de patiënt,
omdat dit kan leiden tot een overdosering van de medicatie.
Inspecteer de vloeistofbaan op knikken, gesloten klemmen of
andere occlusies voordat de infusie wordt gestart; verwijder alle
luchtbellen.
Trek na het insteken van de naald de zuiger iets op om te controleren
of de naald niet in een bloedvat of haarvat is ingebracht (neem contact
op met uw huisarts voor details over de gebruiksprocedure).
De nauwkeurigheid en de tijd die nodig is om een occlusie te signa-
leren, kan afwijken van de waarden die zijn aangegeven in deze
handleiding, afhankelijk van het kathetertype, de infusieset en alle
elementen in de infusielijn.
In geval er, om welke reden dan ook, vermoedelijk schade is aan de
pomp, bijvoorbeeld omdat er vocht is binnengedrongen of omdat hij
gevallen is, moet u contact opnemen met de Klantenservice om vast
te stellen of de pomp naar behoren functioneert. Gebruik nooit een
pomp die beschadigd is.
Als u twijfelt over de werking van de pomp en/of in geval van
anomalieën, moet u het gebruik van het apparaat onderbreken en
contact opnemen met de technische dienst.
Elk spoor van vloeistof op de buitenkant van de pomp moet direct
worden verwijderd met een papieren doek.
Het is van belang dat er een alternatieve procedure en/of een al-
ternatief systeem voor de infusie via de pomp beschikbaar is, voor
het geval deze defect raakt. Het is aan te raden zowel een tweede
pomp als een alternatief systeem beschikbaar te hebben.
Het is zinvol dat de mensen die de gebruiker van de pomp helpen
of bij hem/haar in huis wonen, weten hoe de pomp werkt en op de
hoogte zijn van de instructiehandleiding.
Het is belangrijk dat het gebruik van het apparaat wordt beëindigd
als de voorspelde levensduur gepasseerd is. Volg de instructies
voor het correct wegwerpen van het apparaat.
MAN 01/NL/00 S-PID 50 09/08
11