NL
tweetaktmotoren. Meng de loodvrije benzine en
de olie voor tweetaktmotoren voor in een schone
houder die goedgekeurd is voor benzine.
AANBEVOLEN BRANDSTOF: DEZE MOTOR IS
GECERTIFICEERD OM TE WERKEN MET LOODVRIJE
BENZINE VOOR AUTOGEBRUIK MET 89 OCTAAN
([R + M] / 2) OF MET EEN GROTER OCTAANGETAL.
Meng de olie voor tweetaktmotoren met benzine
volgens de instructies op de verpakking.
Wij
adviseren
tweetaktmotoren op 2% (1:50) te gebruiken, die
specifiek is samengesteld voor alle luchtgekoelde
Oleo-Mac tweetaktmotoren.
De
juiste
olie-/benzineverhoudingen
aangegeven zijn in de tabel (Fig. A) zijn geschikt
als men Oleo-Mac PROSINT 2- en EUROSINT
2-olie gebruikt of een soortgelijke motorolie van
hoge kwaliteit (JASO FD- of ISO L-EGD-
specificaties). Als de specificaties van de olie
NIET equivalent of niet bekend zijn, gebruik dan
een mengverhouding olie/benzine van 4%
(1:25).
LET OP: GEBRUIK GEEN OLIE VOOR
AUTO'S
OF
BUITENBOORDMOTOREN.
VOORZICHTIG:
- Koop alleen de hoeveelheid brandstof die u
nodig heeft; koop niet meer dan dat u in één
of twee maanden gebruikt;
- Bewaar de benzine in een hermetisch
gesloten tank op een koele en droge plaats.
VOORZICHTIG - Gebruik voor het
brandstofmengsel nooit een brandstof met
een ethanolpercentage van meer dan 10%;
gasohol
(ethanol-benzinemengsel)
acceptabel met een ethanolpercentage tot
10% of E10-brandstof.
OPMERKING - Bereid slechts de benodigde
hoeveelheid van het mengsel voor; laat het niet
lange tijd in de tank of de jerrycan zitten. Het
wordt aanbevolen om de brandstofstabilisator
van Emak ADDITIX 2000 code 001000972 te
gebruiken om het mengsel voor een periode van
30 dagen te bewaren.
12
om
Oleo-Mac
olie
OLIE
VOOR
TWEETAKT-
Alkylaatbenzine
VOORZICHTIG - Alkylaatbenzine heeft
niet dezelfde dichtheid als normale benzine.
Motoren die met normale benzine afgesteld
zijn vereisen mogelijk een andere afstelling van
de schroef H. Wend u voor deze afstelling tot
een erkend servicecentrum.
voor
BIJVULLEN
Schud de jerrycan met het mengsel voordat u de
tank bijvult.
die
VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN
DRAAGRIEM
Een juiste afstelling van de draagriem geeft uw
bosmaaier de juiste balans en werkhoogte vanaf
de grond (Fig. 10).
- Hang de draagriem enkel of dubbel om.
- Haak de bosmaaier aan de draagriem d.m.v.
de sluiting (A, Fig. 10).
- Stel het ophangoog (19A, Fig. 1) zodanig af dat de
bosmaaier in goede balans hangt.
- Stel de draagriem (C, Fig. 11) zodanig af, dat de
bosmaaier op de juiste hoogte hangt.
Modellen BC 22 S – BC 220 S
Op deze modellen is de aansluiting van het
draagstel niet verstelbaar (19B, Fig. 1).
STARTEN
Voordat u de machine start, moet u ervoor
zorgen dat het maaiblad vrij kan draaien.
Het werktuig mag niet draaien als de
is
motor op het stationair toerental draait.
Anders contact opnemen met een
Authorized Service Center voor het
uitvoeren van een controle en het
probleem op te lossen.
WAARSCHUWING: Houd de bosmaaier
stevig met beide handen vast. Houd de
steel altijd aan de rechterkant van uw
lichaam. Houd de bosmaaier nooit met
gekruiste handen vast. Linkshandigen