5. De projector gebruiken via een netwerk
Raadpleeg uw netwerkbeheerder voor de vereiste informatie die u nodig heeft om de
netwerkinstellingen te configureren.
1.
Selecteer [Bedraad LAN] in Wizard netwerkinstellingen en druk op [Enter].
2.
Selecteer [DHCP uitschakelen (handm. instell.)] of [DHCP inschakelen (handm. instell.)] en
druk op [Enter].
Als u [DHCP inschakelen (autom. instell.)] selecteert, ga dan verder met stap 6.
3.
Geef het IP-adres van de projector op.
4.
Geef het subnetmasker op.
5.
Geef de standaard gateway op.
6.
Selecteer [Doorg. in wizard] of [Wizard afsluiten] in het bevestigingsscherm en druk
vervolgens op de [Enter]-knop.
Om verder te gaan met de draadloze LAN instellingen selecteert u [Doorg. in wizard]. Voor meer
informatie over het configureren van draadloze LAN instellingen, zie Pag. 70 "Draadloos LAN-
instellingen voor Infrastructuurmodus configureren" of Pag. 74 "Draadloos LAN (Ad-hoc)
configureren".
Om de netwerkinstellingen te beëindigen, selecteert u [Einde Wizard].
De installatie van de bedrade LAN is voltooid.
Zie Pag. 75 "Een computerscherm via een netwerk projecteren" om een beeld vanaf een
computer te projecteren.
Draadloos LAN-instellingen voor Infrastructuurmodus configureren
De instellingen voor Eenvoudige draadloos LAN-installatie configureren
De projector ondersteunt de volgende eenvoudige draadloze LAN-installatiemethodes. Neem contact
op met uw netwerkbeheerder voor de beschikbare installatiemethodes voor Eenvoudige draadloos
LAN-installatie in uw netwerkomgeving en de informatie die vereist is om de netwerkinstellingen te
configureren.
70