Structuur van de RC-600
Track
Tracks worden gebruikt voor het opnemen en afspelen van audio
van een microfoon of een muziekinstrument.
U kan tracks 1–6 combineren wanneer u dit apparaat gebruikt.
Input FX, Track FX
Effecten die op de ingevoerde audio worden toegepast, worden
"input FX" genoemd en effecten die op de tracks worden
toegepast, worden "track FX" genoemd.
U kan 16 input/track FX (4 banken x 4 types) op de knoppen
registreren en gebruiken.
Ritme
Naast het afspelen van tracks 1–6, kan u met dit apparaat ook
ritmes afspelen.
U kan een opname maken terwijl u naar een ritme luistert aan het
tempo dat u opgeeft.
"Opnemen" versus "Overdubben"
In deze handleiding wordt met "opnemen" het voor de eerste keer opnemen naar een lege track bedoeld. Met alle volgende opnames
die boven op de bestaande opname worden toegevoegd, wordt "overdubben" bedoeld.
Geheugen 99
Geheugen 01
Track 1
Input FX
Track 2
Track 3
Track 4
Banken A-D
FX
Track 5
Track 6
Ritme
Systeeminstellingen
Track FX
Banken A-D
FX
Geheugen
De instellingen voor tracks 1–6 worden samen met de input FX/
track FX en ritme een "geheugen" genoemd.
U kan met dit apparaat tot maximaal 99 geheugens opslaan.
Systeeminstellingen
Instellingen die voor de volledige RC-600 gelden, zoals
het displaycontrast, USB- en MIDI-instellingen, worden
"systeeminstellingen" genoemd.
3