7-WERKING
Een hoog vochtigheidspercentage veroorzaakt condensvorming in het rookkanaal met slechte trek, rookvorming en een aanzienlijke
roetaanslag in de haard, op de ruit van de deur en op de schoorsteen tot gevolg waardoor brandgevaar in de schoorsteen kan ontstaan.
Bovendien neemt de algemene efficiëntie sterk af.
Door het gebruik van vochtig of behandeld hout ontstaat er meer rook dan normaal. Hierdoor wordt de ruit sneller vuil. Ook door slechte
prestaties van de schoorsteen kan de ruit vuiler worden, aangezien de rook langer dan normaal in de verbrandingskamer blijft hangen.
Gebruik geen behandelde (gelakt of geverfd hout) of niet conforme (plastic of derivaten) brandstoffen die
vervuilende of toxische stoffen kunnen verspreiden.
Verbrand geen afval.
De gassen die vrijkomen door verbranding van niet geschikte brandstof kunnen het product en de schoorsteen
schade berokkenen, vervuiling veroorzaken en uw gezondheid aantasten.
EERSTE INSCHAKELING
OPMERKING OVER DE EMISSIE VAN LAKDAMPEN
Er wordt aangeraden om het vertrek bij de eerste inschakeling te luchten. Dit dient voor de afvoer van eventuele geuren
en/of rookgassen die door de lak afgegeven worden tijdens het drogen en verharden, dat plaatsvindt door de warmte.
Blijf niet in de nabijheid van de kachel staan en, zoals gezegd, lucht het vertrek. De rook en de verfgeur verdwijnen
na ongeveer één uur werking. Wij herinneren eraan dat dit niet schadelijk voor de gezondheid is.
Er wordt aangeraden om bij het eerste keer aansteken voorzichtig te handelen en fijn en gedroogd hout te gebruiken.
De inlaat voor de verbrandingslucht moet compleet open zijn. Wanneer het vuur goed brandt kunnen normale stukken hout
worden bijgevuld.
Tijdens het bijvullen moet de branddeur langzaam worden geopend om rookuitstoot in de kamer te voorkomen.
Handel als volgt:
• plaats een kleine hoeveelheid proppen papier in het product.
• Bedek het papier met een aantal takjes en een paar stukken hout.
• Verplaats de hendel geheel naar rechts (MAX).
• Steek het papier in brand en houd zo nodig de deur enkele minuten open tot de verbrandingskamer en het rookkanaal warm
beginnen te worden.
• Als de takjes branden kan de deur worden gesloten.
Voeg hout toe naarmate het vuur zich uitbreidt. Overlaad het product echter nooit met hout (zie de technische gegevens in de tabel).
Vul het product op normale wijze bij zodra de vlammen getemperd zijn en er zich een laag gloeiende houtskool heeft gevormd.
Voor de verbranding worden eerder kleine dan grote ladingen hout aanbevolen.
We raden deze werkwijze voor het laden van de brandstof ook aan voor het daaropvolgende gebruik van het product.
Om het nominale vermogen en een optimale verbranding te bereiken, moet de lading hout worden geplaatst en het
laadinterval in acht genomen worden zoals deze aangeduid worden in de tabel met technische gegevens (hoofdstuk
3).
30