18
|
Elektrische installatie
18.1.3 Specificaties van standaard bedradingscomponenten
18.2 Elektrische bedrading aansluiten op de binnenunit
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
72
Onderdeel
Kabel tussen de units
(binnen↔buiten)
Kabel
gebruikersinterface
OPMERKING
▪
Volg het bedradingsschema (bij de unit geleverd, op de binnenkant van het
servicedeksel).
▪
Voor instructies over de aansluiting van de optionele apparatuur, zie de bij
optionele apparatuur geleverde montagehandleiding.
▪
Zorg ervoor dat de elektrische bedrading goed zit zodat het servicedeksel nadien
weer goed kan worden aangebracht.
De bedrading van de voeding en van de transmissie moeten afzonderlijk worden
gehouden. Beide bedradingen moeten ALTIJD op minstens 50 mm van elkaar
worden gehouden om eventuele elektrische storingen te voorkomen.
OPMERKING
Zorg ervoor dat de voedingskabel en de transmissiekabel van elkaar gescheiden
blijven. De transmissiebedrading en de voedingsbedrading mogen kruisen, maar ze
mogen NIET parallel lopen.
1 Verwijder het servicedeksel.
2 Open de uitbreekopening en monteer de plastic bus (accessoire). Zie:
"Binnenunit
monteren" [
a
b c
d
a Voedingsbedrading
b Plastic bus (accessoire)
c Afdichtingsmateriaal voor openingen rond leidingen en kabels (accessoire)
d Kabel gebruikersinterface en transmissiekabel
3 Monteer de 2 kabelbevestigingen met schroeven voor kabelbevestiging
(accessoire).
Specificatie
Gebruik alleen geharmoniseerde draad met dubbele
isolatie en geschikt voor de toepasselijke spanning
4-aderige kabel
Minimumdikte 2,5 mm²
Gebruik alleen geharmoniseerde draad met dubbele
isolatie en geschikt voor de toepasselijke spanning
2-aderige kabel
Minimumdikte 0,75 mm²
Maximumlengte 500 m
4
55].
c
FHA-A(9)
Split-systeem airconditioners
4P708119-1 – 2022.11