Inhoudsopgave
Advertenties
14
Alpha dynamo & Alpha Pro regelaar – Gebruikershandleiding
5 INBEDRIJFSTELLING
LET OP!
Zekeringen tussen de accu's en de Alpha Pro-regelaar kunnen de schade door
ompoling niet voorkomen. Schade als gevolg van ompoling wordt niet gedekt door de
garantie.
De inbedrijfstelling van de Alpha-dynamo en de Alpha Pro-regelaar bestaat uit twee belangrijke onderdelen:
• De laadmodus selecteren
• Testen en bijstellen
5.1
DE LAADMODUS SELECTEREN
De Alpha Pro-regelaar heeft een keuzeschakelaar met
drie standen met standaardinstellingen voor een 12 V-
of
24
V-systeem
(loodzuur)
instellingen via MasterBus. Zie afbeelding 10.
Opmerking: de standaardinstelling is MasterBus.
LET OP!
Ongeldige instellingen kunnen ernstige schade aan uw accu's veroorzaken. Alleen
bevoegd personeel mag de instellingen aanpassen! Noteer de instellingswijzigingen in
deze handleiding.
Wanneer MasterBus is geselecteerd, wordt de productconfiguratie standaard ontgrendeld, wat resulteert in een
Alpha Pro die inactief blijft (weergegeven door led-lampjes die twee keer achter elkaar knipperen). Er moeten
twee parameters worden geselecteerd via MasterBus voordat de configuratie kan worden vergrendeld en de
Alpha Pro operationeel kan worden gemaakt (zie hoofdstuk 6 voor meer informatie over het gebruik van
MasterBus). De volgende procedure beschrijft hoe u de MasterBus in bedrijf stelt.
1
Ga naar de configuratiepagina.
2
Ga naar de groep 'Systeem' en selecteer het 'dynamotype' dat in uw systeem aanwezig is.
Afbeelding 11: Selecteer 'Dynamotype' via MasterAdjust
Ga naar de groep 'Accu' en selecteer het 'Accutype' dat in uw systeem aanwezig is.
3
Afbeelding 12: 'Accutype' selecteren via MasterAdjust
Ga naar de groep 'Installatie Alpha Pro' en selecteer 'Installatie vergrendelen'.
4
Afbeelding 13: Selecteer 'Installatie vergrendelen' via MasterAdjust
De Alpha Pro is nu klaar om te testen.
en
geavanceerde
Afbeelding 10: Keuzeschakelaar met drie standen
Advertenties
Inhoudsopgave
