Montage
5.7.3
Vullen en ontluchten
Het glycol/watermengsel moet voor het vullen al gemengd zijn. Anders is een menging achteraf niet gewaarborgd!
Het buizenstelsel moet bestendig zijn tegen het gebruikte glycol/watermengsel.
Het buizenstelsel moet via de op de montagelocatie aangebrachte ontluchtingsvoorziening zorgvuldig en volledig
worden ontlucht.
3313739
WAARSCHUWING
Gevaar voor brandwonden bij het vullen.
Gevaar door contact met lekke medialeidingen en hete oppervlakken.
Voer voor het vullen een visuele controle van de buizen en aansluitingen uit.
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen.
WAARSCHUWING
Vergiftigingsgevaar bij het vullen met glycol.
Werk voorzichtig.
Vermijd aanraking van huid en ogen met glycol, slik geen glycol in en neem het veilig-
heidsinformatieblad in acht.
Gebruik alleen de goedgekeurd verpakking.
Voer voor het vullen een visuele controle van de buizen en aansluitingen uit.
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen.
WAARSCHUWING
Gevaar voor uitglijden door plassen.
Verwijder plassen en ook kleinere gemorste hoeveelheden onmiddellijk.
Gebruik hiervoor geschikte opnamemiddelen als doeken of bindmiddel.
Doe de gebruikte doeken of het bindmiddel conform de geldige voorschriften weg.
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen.
Doe opgenomen gemorste vloeistof deskundig weg conform de ter plaatse geldige voor-
schriften.
Bij temperaturen beneden het vriespunt moeten de warmtewisselaars vanwege vorst- en
corrosiegevaar met gebruikelijk antivries met een corrosiewerend middel gebruikt worden.
De glycolconcentratie moet conform de vermeldingen van de fabrikant worden bereid.
Het glycolmengsel moet na een bepaalde bedrijfsduur conform de vermeldingen van de
fabrikant worden vervangen.
Wijzigingen ten bate van de technische vooruitgang voorbehouden!
LET OP
37