Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veiligheidsinstructies; Veiligheidsinstructies Bediening; Veiligheidsinstructies Onderhoud; Veiligheidsinstructies Montage - JOST JSK 26 D Montage- En Gebruikshandleiding

Sattelkupplung
Inhoudsopgave

Advertenties

1

Veiligheidsinstructies

De veiligheidsinstructies zijn in één hoofdstuk samengevat.
!
In gevallen waar de gebruiker van de koppelschotel risico
loopt, worden de veiligheidsinstructies in de afzonderlijke
hoofdstukken herhaald en gemarkeerd met het hiernaast
afgebeelde gevarenteken.
Bij het omgaan met koppelschotels, trekkers en opleggers gelden
de relevante veiligheidsvoorschriften van het betreffende land (bijv.
in Duitsland van de bedrijfsverenigingen). De relevante veiligheids-
instructies in de handleiding van de trekker en de oplegger blijven van
kracht en dienen gerespecteerd te worden. Voor de bediening, het
onderhoud en de montage dienen de hieronder vermelde veiligheids-
instructies in acht te worden genomen. In specifieke gevallen worden
nogmaals veiligheidsinstructies vermeld die rechtstreeks verband
houden met de activiteit.
1.1

Veiligheidsinstructies bediening


De koppelschotel mag uitsluitend door bevoegde personen
bediend worden.

Gebruik de koppelschotel en de opleggerplaat van de oplegger
alleen als deze in technisch perfecte staat zijn.

De voorkant van de opleggerplaat mag niet scherp zijn, want
dit kan de koppelschotel resp. de glijschijven beschadigen.

Tijdens het aankoppelen dienen de geldende veiligheidsvoor-
schriften gevolgd te worden, zoals in Duitsland die van de
bedrijfsverenigingen.
Het aan- en afkoppelen mag uitsluitend gebeuren op een
stevige, vlakke ondergrond.

Tijdens het aankoppelen dient de opleggerplaat op dezelfde
hoogte of bij voorkeur iets lager - maximaal 50 mm - te zijn dan
de koppelplaat van de koppelschotel. Door drukverlies in de
luchtvering kan de aanpikhoogte van de oplegger veranderen.

Controleer vóór elke rit of de vergrendeling goed vastzit.
Rijd uitsluitend met een vergrendelde en gezekerde sluiting,
ook bij ritten zonder oplegger (solorijden).
66
1.2

Veiligheidsinstructies onderhoud


Gebruik bij onderhoudswerkzaamheden uitsluitend de genoemde
smeermiddelen.

De onderhoudswerkzaamheden mogen enkel door deskundige
personen verricht worden.
1.3

Veiligheidsinstructies montage


Het montagegebied dat is vastgelegd door de fabrikant van de
oplegger mag niet gewijzigd worden.

De montage mag uitsluitend door geautoriseerde vakbedrijven
worden uitgevoerd.

Volg de aanwijzingen van de voertuigfabrikant op, bijv. over de
wijze van bevestiging, afstand hart koppelschotel/hart achteras,
koppelhoogte, asbelasting, vrije ruimte, montageplaat, ver-
schuifinrichtingen van de koppelschotel etc.

De montagerichtlijnen van de fabrikant van de montageplaten
en verschuifinrichtingen moeten in acht worden genomen.

Bij voertuigen die bestemd zijn voor het transport van gevaarlijke
stoffen moet tussen de koppelschotel en het voertuigchassis
een massaverbinding aangelegd worden.
In principe geldt dat boutverbindingen aangetrokken moeten worden
met het aangegeven aanhaalmoment als afstelwaarde voor moments-
leutels conform DIN ISO 6789 in de klassen A of B.
Montage van de koppelschotel op het voertuig moet gebeuren volgens
de eisen in bijlage VII van richtlijn 94/20/EG resp. bijlage 7 van regeling
ECE R55-01. Eventueel moeten daarnaast de geldende registratie-
voorschriften van het betreffende land in acht worden genomen.
Voor Duitsland zijn paragraaf 19, 20 en 21 van de StVZO (Duitse
wegenverkeerswet) van toepassing. Daarnaast moet voldaan worden
aan de eisen in paragraaf 13 van de FZV (Duitse voertuigregistratie-
verordening) inzake de gegevens in de voertuigpapieren over het
toegestane opleggergewicht.
ZDE 199 002 136 – 05/2020
JSK 26 D

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave